Uw wezen straalt, belooft en hoopt belofte, schier niet uit te spreken, die mij het hart tot bonzen noopt en mij het bloed als waterbeken uit rots gekomen, stroomen doet. Bruisend, ziedend kookt het leven jagend door mijn adren voort en het fluistert trillend „hoort Belofte, liefde, dat heerlijke woord vol van toekomst eeuwigheid. De spil van leven schepping aarde De as van ruimte licht en tijd. Nil var. 202

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Almanak der Koninklijke Militaire Akademie | 1933 | | pagina 222