„in orde, starten/' herhaalden de officieren. Een oogenblik later vertrokken de vliegtuigen met dave rende motoren. Spoedig kregen ze een aantal vijandelijke jagers in het oog en de strijd was spoedig ontbrand. René werd achterna gezet door twee vijandelijke jagers. Al vurende met de mitrailleurs maakte hij een looping om zijn vijanden te ontloopen, maar het ging niet, ze zaten te dicht op hem. Plotseling was er een boven hem en stak omlaag. René hoorde de mitrailleur ratelen, voelde pijn in zijn schouder, toen een hevige klap tegen zijn hoofd, alles werd donker als in een droom landde hij daarna op het vliegveld. De mecano's liepen naar het vliegtuig toeer in zat René, zijn gezicht onherkenbaar door bloed, ze tilden hem uit het toestel en droegen hem weg. In het hospitaal constateerde de dokter, dat René een schedelbreuk had opgeloopen tengevolge van een schampschot; René was onherroepelijk verloren. De Esquadrilles keerden terug en de mannen sprongen er uit. „Hé, Harry, René is al thuis," zei John, „kijk daar staat zijn kist." „We gaan hem direct opzoeken"; zei Harry, „eerst naar den commandant, om verliezen op te geven." Na afloop liepen beiden vroolijk naar de cantine, toen ze binnen traden, zagen ze een klein figuurtje in een lichte japon, dat op hen toeliep. „Dag Harry, John, waar is René „René is toch al thuis zei John. „Ja, jongens, René is al thuis, klonk een stem en de dokter trad binnen. „Oh pardon, bent u hier," zei hij tegen Lilian. Angstig liep ze naar hem toe. „Toe dokter vertel, waar is René." De dokter draaide zich om en liep naar de deur, wachtte even en zei toen kalm „Boven." 221

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Almanak der Koninklijke Militaire Akademie | 1933 | | pagina 241