101 Bij de viering van dit lustrum toch werd tevens het in het vorig jaar behaalde kampioenschap gevierd, waaraan ook de versiering in de cantine aangebracht, herinnerde. Alvorens dit jaarverslag te beëindigen moeten we nog enkele personen memoreeren, die door hun hulp, het bijwonen van wedstrijden of anderszins, hebben doen blijken van hun symphatie voor de C. H. C. In de eerste plaats mag hier dan wel genoemd worden onze Gouverneur en mevrouw van der Harst, die geregeld op onze thuiswedstrijden aanwezig waren. Vervolgens onze beschermheer, de eerste-luitenant Pel, die ons steeds krachtdadig bijstond en ook meermalen onze wedstrijden heeft willen leiden. Verder het afgetreden bestuur en in het bijzonder de secretaris H. J. W. Visser, die de kurk was, waarop de C. H. C. dreef. Eindigen we met den wensch, dat het komende jaar wederom een jaar van bloei worde voor de C. H. C. met als bekroning het kampioenschap. Maar dan moet er geoefend, serieus geoefend worden, steeds de volle honderd procent gegeven worden in de wedstrijden. Spelers, er zijn nu twee elftallen, die de Academiekleuren hoog kunnen, moeten en zullen houden HET BESTUUR.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Almanak der Koninklijke Militaire Akademie | 1934 | | pagina 113