161
„Ên daarom heb ik jou gevraagd om te komën, want
want ik wilde je eerst nog spreken, 't Is nu een jaar ge
leden, dat jij mij vroeg om je vrouw te worden. Ik wist
dat je van mij hield en toen speelde ik met je. Ik wist
immers, dat je nooit meer naar een ander zou gaan. Ik was
wreed tegen jou, onmenschelijk wreed. Toen je mij bekende
dat ik alles voor je was, lachte ik je uit
Je ging heen en kwam niet meer terug. Frits, vergeef me,
dat ik zoo deed, vergeef het me
Met moeite vervolgde ze „Toen je niet meer terug kwam,
besefte ik pas wat ik gedaan had, en toen wist ik, dat ik
ook van jou hield. Mijn trots weerhield me om je terug
te roepen. Maar ik kon niet heengaan zonder jouw ver
giffenis. Ik heb je teruggeroepen, en je bent gekomen,
maar te laat
In een oogenblik was gedurende deze bekentenis alles
weer in Frits teruggeroepen, hoe hij vol verwachting naar
haar toe was gegaan, en zijn grenzeloos verdriet daarna.
Toen ze uitgesproken was, bleef Frits een oogenblik met
gebogen hoofd naast haar staan. Liefde en bitterheid om
het geleden verdriet streden in hem.Maar toen hij haar
aankeek en tranen in haar oogen zag, vervulde hem weer
een oneindige Liefde.
„Nora, ik vergeef je alles; ik houd nog altijd evenveel van
je!" Met een snik verborg hij zijn gelaat in zijn handen.
„Neen Frits, niet huilen, Frits dan toch en voor het eerst,
trok ze hem naar zich toe, vleide zij zacht zijn hoofd aan
haar boezem, en kuste hem, telkens en telkens weer.
„Nu kan ik gerust heengaan Frits, nu durf ik voor den
Almachtige te verschijnen.
„Spreek niet zóó, Nora. 't Kan Gods wil niet zijn om ons
eerst bij elkaar te brengen en daarna weer te scheiden.
Een zacht kloppen op de deur en de oude dokter kwam
binnen, kalm en rustig, met een glimlach op zijn vriendelijk
gelaat.
„Hoe gaat het er mee, Nora?"
„Ik wil nog niet weg, ach dokter, help me dan toch.
kan ik dan heusch niet meer beter worden In gespannen