EERSTE BEDRIJF.
De 5e-j. opent de eerste deur, sluit deze achter zich, loopt tegen
de tweede deur op en komt, zijn voorhoofd wrijvend, de salon
binnen
(Hij blijft geduldig wachten tot de Coiffeur zijn lectuur heeft
beëindigd.)
Het is middag, half zes. Als het doek opgaat, zitten op de ver
warming en in de vensterbank een viertal jongste-jaars. In de linker
fauteuil de Kapper met het „Amusantje". In de rechter fauteuil de
Coiffeur met het Stuiversblad", zijn beenen op den bak. Allen
wachten geduldig op den Vijfde-jaars, die vóór moet gaan.
Alle aanwezigen (staan op, behalve de Coiffeur en de Kapper):
Saluut I
De 5e-j.: Saluut!
De Coiffeur (opstaande): Ga maar zitten!
De 5e-j.: Dank U zeer. (Hij neemt plaats) Kunt U mij mis
schien even scheren?
De Coiffeur: O ja! Zelf natuurlijk geen tijd, hè?!
De Kapper (terzijde): Luie vlerk! (Hervat zijn lectuur.)
De 5e-j. (verontschuldigend)Nee eh weinig tijd ziet
U na-uur
135