9
Inspecteur der cavalerie, tevens Commandant der Lichte brigade:
Kolonel H. F, M. Baron VAN VOORST TOT VOORST.
Inspecteur der artillerie:
Generaal-Majoor J. H. CARSTENS.
Inspecteur der genie:
Generaal-Majoor G. C. BELTMAN.
Inspecteur der militaire administratie:
Kolonel J. C. PABST.
Inspecteur van den geneeskundigen dienst;
Generaal-Majoor S. W. PRAAG.
Inspecteur van den vrijwilligen landstorm:
Reserve-Generaal-Majoor H. DE IONGH.
Inspecteur der Koninklijke marechaussee:
Kolonel J. VAN SELM.
Directeur voor het materieel der landmacht:
Generaal-Majoor U. J. W. ROLDANUS.
Hoofdintendant:
Generaal-Majoor W. J, A. DE WOLF.
Directeur van de Hoogere Krijgsschool:
Luitenant-Kolonel M. W. L. VAN ALPHEN.
Gouverneur der Koninklijke Militaire Academie:
Kolonel H. C. G. Baron VAN LAWICK.
Commandant van het Koninklijk Instituut voor de marine:
Kapitein-Luitenant ter zee C. J. Baron VAN ASBECK.
Leger- en vlootpredikant in algemeenen dienst:
Ds. H. JANSSEN (gelijkgesteld met den rang van Kolonel).
Hoofdaalmoezenier voor leger en vloot:
J. J. J. NOORDMAN (gelijkgesteld met den rang van Kolonel).
