1 IN MEMORIAM Professor Ir. W. TH. CLOUS. Hetgeen reeds lang kon worden gevreesd, geschiedde in den afgeloopen zomer. Professor Ir. W. Th. Clous werd den 17en Juni weggenomen uit zijn gezin, ontviel aan den grooten kring van leeraren en leerlingen der Koninklijke Militaire Academie en aan zijne vele vrienden daar buiten. Eene groote leegte bleef, ook al was den 15en Juni te voren aan den overledene reeds een eervol ontslag uit zijne functie aan de K. M. A. verleend, waardoor onherroepelijk was komen vast te staan, dat de algemeen geëerde docent van het militaire onderwijs, dat steeds op zoo bijzondere wijze zijne belangstelling had gehad, afscheid had genomen. Eene langdurige ziekte had helaas aanleiding gegeven tot dit onvrij willige afscheid, dat op den overledene loodzwaar moet hebben gedrukt. Want Professor Clous was met het militaire onderwijs als het ware samengegroeid. Velen der ouderen hebben van hem uit den studietijd aan de oude Cadettenschool, welke instelling hem den 16en September 1910 als leeraar in de Scheikunde begroette, eene onuitwischbare herinnering bewaard. De leeraar Clous was door zijne persoonlijkheid iemand, die imponeerde en zijnen wil wist op te leggen aan de cadetten, zonder tot andere middelen de toevlucht behoeven te nemen dan het onbetwistbare moreele over wicht. Die eigenschap was het ook, welke na de overplaatsing naar de K. M. A., op 1 October 1924, de figuur van Ir. Clous kenmerkte. Eenvoudig, rustig, doch zelfbewust ging de overledene door het leven, zijn vastberaden optreden stempelde hem tot een geboren docent. In 1928, ter gelegenheid van het 100-jarig bestaan onzer Academie, werd de persoonlijke titel van Hoogleeraar aan den algemeen geachten leeraar toegekend, een onderscheiding, waarover allen, die den nieuwen Professor kenden, zich van harte hebben verheugd. Helaas bracht het leven in de laatste jaren voor den overledene vele droevige dagen, vooral in den huiselijken kring. Naar buiten bleek daarvan weinig, daarvoor was de zelfbeheersching van Professor Clous te groot, doch innerlijk werd het gemoedsleven van den schijn baar zoo kalmen man op de zwaarste proef gesteld, en moesten spanningen worden verwerkt, die naar alle waarschijnlijkheid uit-

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Almanak der Koninklijke Militaire Akademie | 1937 | | pagina 11