Nacht. Feut wacht in 't donker. Geluiden trillen. Doen hem rillen. Beeft in 't nest, voor de pest der oudste jaars. Ligt niet alleen. Om zich heen veldflesch - blik hockey-stick. Plannen warr'len. Daden scharr'len door z'n hoofd. Ziet oudste jaars een kool gestoofd. Morpheus echter, Ras-voorvechter van den Keerder, is beheerder van den slaap. Wiegde warm in z'n arm onze held. Feutje droomde zelf te zijn deelgenoot aan keerfestijn! Senaat ondergaat voor z'n geest het tempeest: Donder en nat. Hij grijnst in z'n slaap. En het fijnst is z'n wraak, die zal treffen Een slag, geplets, de d room verteert, de feut is gekeerd

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Almanak der Koninklijke Militaire Akademie | 1937 | | pagina 210