HET HELDEN-FONDS.
51
Onder de kunstschatten, die door den brand op de Koloniale
tentoonstelling te Parijs op 28 Juni 1931 zijn verloren gegaan,
behoorde o.m. een schilderij, ingezonden door de Koninklijke
militaire academie en voorstellende de bestorming van Djagaraga
op 15 en 16 April 1849, vervaardigd door den Heer HARDOUIN
en aangekocht door den Raad van Verdediging van Nederlandsch-
Oost-lndië, ten behoeve van de heldengalerij der Koninklijke Aca
demie voor Zee- en Landmacht, gelijk destijds de Koninklijke
militaire academie genaamd was.
Bij beschikking van 17 Mei 1932, Geheim Litt. G. 62, heeft de
Minister van Defensie goedgevonden, dat de voor dit schilderstuk
ontvangen assurantiepenningen zullen worden bestemd voor het
stichten van een aanvullend fonds naast het Collard-Fonds, ter
bestrijding van uitgaven ten nutte der cadetten.
Teneinde de herinnering levendig te houden aan het doel, waarmede
de schilderij in 1845 aan de K.M.A. is geschonken, t.w. de ver
eering van de nagedachtenis van op het slagveld gevallenen, is
aan dit fonds de naam Helden-Fonds" gegeven.
Door den Gouverneur is het bedrag belegd in Nederlandsche fond
sen en is de hierna volgende regeling vastgesteld (Goedgekeurd
bij M. A. van 15 Juni 1932, Geheim Litt. A. 75.)
Regeling aangaande het Helden-Fonds.
Artikel 1
Het Helden-Fonds wordt gevormd door een bedrag van vijfduizend
gulden (nominaal) en de daaruit voortvloeiende renten, voor zoover
deze niet voor de hierna te vermelden doeleinden worden aan
gewend.
Artikel 2.
De rente van het fonds kan worden aangewend:
a. voor het steunen van vereenigingen van cadetten;
b. voor het geven van prijzen bij wedstrijden en wapenfeesten;
c. voor het steunen van de uitgaven van den cadetten-almanak;
d. voor het uitloven van prijzen bij prijsvragen of bij andere voor
komende gelegenheden op onderwijsgebied;
e. voor de doeleinden, omschreven in het Collard-Fonds, voor
zoover de rente uit dat fonds daartoe niet voldoende mocht zijn.
Artikel 3.
Het beheer van het fonds berust bij den Gouverneur, aan wien uit
sluitend de bevoegdheid tot het besteden der gelden is verleend.