28 geven, en eerst toen gevoelde ik den omvang van mijn ver lies bij het spel in de trekschuit, want met innig leedwe zen zag ik het oogenblik naderen waarop hij mij zijn pet zou voorhouden, zonder dat ik hij magte zou zijn er iels in te laten vallen. Gelukkig ontdekte dezelfde flankeurdie mij zoo goedhartig aangeboden had mijn potlood te dragen mijne verlegenheid, en zonder mij ooit te voren gekend te hebben, bood hij mij gulweg aan: »korpus, wil ik je een vijfje lecnen?" Nu waren in de kantonnementen onze sol daten wel schatrijk doch niettemin was een vijfje voor een flankeur toch een groole schat; maar de mijne leende het mij zonder aarzelen, toen ik hem bekende geen cent bij mij te hebben. Inmiddels zette de veroordeelde zijne wandeling langs de gelederen voort, en toen hij, na mijne gift ontvangen te hebben, tot een jong onderofficier genaderd was, die in de gelederen stond en zich gereed had gemaakt om ook het zijne te offeren, ontdekte ik met verbazing, dat de veroor deelde deserteur zich met blijkbare verontwaardiging en min. achting afwenddeen in plaats van zijn pet voor te hou dengelijk hij tot nu toe hij ieder gedaan had dezen trotsch naar zich toe haalde. Zijn anders zoo open gelaat was nu geheel en al veranderd het was bleek van slecht verbeten woede, zijn oog schitterde van verontwaardigingzijn vaste tred werd aarzelend, en ik zag het oogenblik komen, waar op hij door zijne verschillende gewaarwordingen overmand, zou ineenzakken en neerzijgenof zich wreken. Alleen degenen, die, zoo als ik, in de onmiddellijke nabijheid ston den, konden het opmerken, want dit alles duurde slechts een ondeelbaar oogenblik. De treurige wandeling langs de gele deren werd voortgezet, en toen zij ten einde geloopen was, namen wij den terugmarsch naar ons kantonnement aan. Ik behoef niet te zeggen dat hetgeen ik gezien had mijne belangstelling en nieuwsgierigheid in de hoogste mate had opgewekten ik kon op den terugmarsch niet nalaten mijnen goedhartigen flankeur om eenige opheldering te vragenwelke op hel volgende neerkwam.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Almanak der Koninklijke Militaire Akademie | 1958 | | pagina 104