70 eener matinêe musicaleom daarna de hooge eer te ge nieten gezamenlijk bij den Koning ten disch te gaan. Deze vorstelijke maaltijd in al zijne plegtigheid sierlijke pracht en smaakvollen toestel te beschrijven; de minzame har lelijkheid van den Koning en der overige Vorsten bij die gelegenheid de merkwaardige en verhevene gevoelens door Hoogstdezeiven in gulle taal toen uitgebragt de schoone poëzij, waarmede een onzer verdienstelijke dichters aller harten boeideen meertot dat alles zouden te vele bladzijden hier vereischt worden de lezer late dus ook hier zijne eigene verbeeldingskracht werken. De bijwooning eener buitengewone gala-voorstelling in den Koninklijken schouwburgwaar ook alles toepasselijk op de gelegenheid was voorbereid en ook andere dichters hunne talenten daartoe hadden dienstbaar gemaaktbesloot de feestviering van dezen eersten dag. De volgende feestdag was tevens het heugelijke verjarings feest onzer dierbare Koningin hetwelk dus de harten met nog te meer geestdrift en zoet gevoel vervulde; de feest- genooten woonden de groote parade bij die ter eere van H. M. op het Alexanderplein gehouden werd. Schoon was het die parade aan te zien waar alle wapens op eene waarlijk voortreffelijke en ons land eer aandoende wijze, schit terdenterwijl, behalve Z. M. en al de overige Vorsten te paard, ook II. M. de Koningin en de overige Vorstinnen in hare equipagiëndaarbij tegenwoordig waren. Immer zal de taal, die de Koning toen gesproken heeft, in de harten der feestgenoolen galmen, en onvergankelijk in het algemeen den heerlijken indruk blijven, dien dat militair schouwspel op allen die het bijwoonden, gemaakt heeft. Ook had er nog eene andere merkwaardige plegtigheid plaats de Koning had namelijk goedgevonden, om op deze parade, tevens de medaille der Citadel van Antwerpen, die vroeger door den edelen Opperbevelhebber, wijlen de Gene raal Baron Chassé, gedragen was, en later aan Z. M. ten geschenke was gegevente doen hechten aan het vaandej

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Almanak der Koninklijke Militaire Akademie | 1958 | | pagina 146