89 Doch de vijand 't meest te dachten Is nietdie met felle kracht Maar gezien en zonder listen 't Krachtig schip te splint'ren tracht 'tls de worm die knaagt en knabbelt Zonder kracht en zonder moed Maar ten laatste 't hout doorboord heeft En den bodem lekken doet. Wel slaat Janmaat fluks aan 't pompen, Alle kracht neemt hij te baat Somtijds wordt het lek gevonden 't Schip met zorg gekalefaat Maar ook dikwijls steeg het water Reeds te hoogte laat ontdekt En de kielte sterk voor stormen Gaat te niet door 't laag insekt. Vrees niet in den loop van 't leven Voor den vijand sterk en groot: Ga met mannenmoed hem tegen Zoo hij u ten kampstrijd noodt; Maar de slang, met gift voor adem, Die langs duist're wegen sluipt, Vrees haar, druk haar kop te pletter Eer ter sluips zij u bekruipt W.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Almanak der Koninklijke Militaire Akademie | 1958 | | pagina 165