1H met dooden en geblesseerden. Ik was er dus voor bet oogen- blik gelukkig afgekomen en wachtte geduldig en altijd door vurende wat er verder zou gebeuren. In dien tussehenlijd werd de Rcdan door de Eugelschen bestormd maar zonder succes, en zoo bleef ik in de linie tot acht uur savonds, toen wij de order kregen om te retireeren naar de noordzijde van de baai. Dat kwam ons nog onverwachts maar het bevel was formeel; mijne manschappen gingen met schuiten en stoombooten over; ik kwam met het laatste detachement 's nachts ten twaalf uur aan de Noordzij." ïDat was voor ons eveneens eene verrassing," sprak de Engelschman «als de inneming van den Malachow het voor u was. Of liever de gcheele bestorming kwam ook ons nog vrij onverwacht. Den vorigen dag was er een krijgsraad geweest in ons hoofdkwartier, waarhij de Generaals 1 elissier en Della Marmora tegenwoordig waren en eerst na afloop daarvan bemerkten wij, dat er wat belangrijks op til was, daar er order gegeven werd om al de transportabele zieken en gewonden uit de hospitaaltenten te brengenom voor een aantal verwacht wordende plaats te maken. Nu wisten we al genoeg, en weldra volgden er ook eene menigte beschikkingen die ons de zekerheid gaven dal de lang gewenschle dag van den storm zou aanbreken." Waart gij bij de bestormers van de Redan?'' vroeg de Kolonel. »Ik was er niet persoonlijk hij," antwoordde de Kapitein;. »ik was aan de derde divisie geattacheerd die in reserve bleef, maar daar ik nu en dan als ordonnance gebruikt werd, heb ik nagenoeg de geheele affaire kunnen overzienen ze ook voor een gedeelte meegemaakt. 'tWas een vreeselijkc dag, en menig dapperen kameraad heb ik daar zien sneuvelen of voor zijn leven zien verminken! Welk een ellende, maar ook welkeen heldenmoed, welk eene doodsverachting De Engelschman zat een oogenblik als in gedachten weg gezonken terwijl een wolk van somheren ernst zich over zijn voorhoofd verspreidde. Dacht hij aan de duizendendie

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Almanak der Koninklijke Militaire Akademie | 1958 | | pagina 187