Koppel zgn. „duelleer"-pistolen in cassette met toebehoren, gemaakt omstreeks 1850 door
Cante te Parijs.
De getrokken lopen zijn geblauwd en met goud geïncrusteerd; de percussiesloten en het beslag
zijn van gegraveerd en gegrijsd ijzer, terwijl de notenhouten laden gesneden zijn met voluten.
De toebehoren, noodzakelijk voor het zelf schoonmaken en laden van deze pistolen, bestaan
uit: een laadstok, twee wissers met stok voor het schoonmaken van de lopen, een palissander
houten vaselinevaatje, een tinnen olieflesje, een klem voor het uitnemen van de veren, een
schroevendraaier, een hamer, een kogelgiettang en een kruitfles.
Door de technische volmaaktheid en de artistieke kleurencombinatie kan deze cassette als
bijzonder representatief gelden voor de hoge eisen, welke door hen, die zich de aanschaffing
van deze, ook destijds reeds kostbare koppels konden permitteren, gedurende de 19e eeuw
werden gesteld.
Kruithoorn van gesneden hertshoorn uit het einde van de 16e eeuw met zilveren monturen.
Het snijwerk van deze en soortgelijke thans zeldzaam en kostbaar geworden kruithoorns werd
meestal in Duitsland vervaardigd; het munt veelal niet uit door hoge artistieke kwaliteiten, maar
wel door ongekunsteldheid en voortreffelijke vlakvulling.
Een jager kon de herinnering aan het neerleggen van een bijzonder groot hert levend houden
door van het dikste gedeelte van het gewei een kruithoorn te laten maken.