Aanivinsten
Terugontvangen exemplaren vaandelcollectie
Uniformen
42
Installatie omroep apparatuur
Museum-voorwerpen
43
dan ook niet geaarzeld om voor de Gemeente Amsterdam de wapenrustingen te
herstellen; en een aanzienlijk aantal is in de loop van 1965 gereedgekomen.
Omdat een uitgebreide documentatie van de groep der geëtste half-harnassen
van wezenlijk belang is voor de wapenkunde (er bestaat veel belangstelling voor
deze wapenrustingen, o.a. in Engeland en Oostenrijk), hebben de Gemeente
Amsterdam en het Legermuseum besloten om een uitvoerige fotodocumentatie
aan te leggen, waarbij alle onderdelen afzonderlijk in de meeste gevallen van twee
en in sommige zelfs van drie kanten worden gefotografeerd. Ook deze fotodocu
mentatie is in de loop van 1965 aanzienlijk gevorderd.
In de aanvang van 1965 werden nog een tweetal franse compagniesvlaggen terug
ontvangen van de Stichting „Werkplaats tot herstel van antiek textiel" te Haar
lem, t.w.:
No. L 75 Regiment Baron de Bergeyk door de Staatse Troepen in 1706
veroverd gedurende de Slag bij Ramillies en
No. L 80 Regiment de Ramsdorf door de Staatse Troepen in 1708 ver
overd gedurende de Slag bij Oudenaerde.
Beide restauraties werden op gelijke uiterst zorgvuldige en deskundige wijze
uitgevoerd als die der gedurende de voorgaande jaren afgeleverde exemplaren.
Met de restauratie van een aantal fragmenten van Spaanse scheepsvlaggen, die
veel tijd en toewijding vereisen, werd een aanvang gemaakt.
Mejuffrouw Ir. Johanna M. Diehl, onder wier leiding de restauratie dezer zeld
zame collectie plaats vindt, is zo welwillend geweest de toegepaste moderne
conserverings- en restauratiemethoden in een speciaal aan dit onderwerp gewijd
artikel nader toe te lichten en te beschrijven.
Bij de zich in het depot bevindende oude uniformen der verschillende wapens,
waarvan een belangrijk gedeelte dateert uit de 19e eeuw, komen vele stukken
voor die ruim een eeuw oud zijn.
Het zal een ieder, die bekend is met de vergankelijkheid van textiel, niet ver
bazen dat de toestand waarin een aantal dezer objecten zich bevinden betrek
kelijk zorgwekkend is.
Een viertal uniformrokken, daterend uit de jaren 1850 en gedragen door de
Regimenten Dragonders 1 tot en met 4 werden door de aan het museum ver
bonden restaurateur voor oude uniformen, de heer J. van Rossen, nauwgezet
hersteld.
De gevolgde restauratiemethode werd in het verslag over 1964 uitgebreid ver
meld op de pagina's 21 t/m 25 (Restauratie uniformencollectie Koninklijk Huis).
De vermelding van de gedurende het jaar 1965 verworven aanwinsten moge
worden aangevangen met een wel zeer verheugende mededeling.
De N.V. Philips-Nederland te Eindhoven heeft in de tweede helft van 1965
aan het museum te Leiden een omroepinstallatie ten geschenke aangeboden, die
ten dele eveneens als een z.g. „intercom" kan worden gebezigd.
Vanuit de receptie zijn alle werkruimten, gangen, werkplaatsen, museumzalen en
depotzolders met deze installatie bereikbaar. Van de plaatsen die van het centrale
punt het verst zijn verwijderd, t.w. de zuidelijke depotzolders en museumzalen,
kan worden teruggesproken.
Het behoeft geen nader betoog, dat het aanleggen van deze installatie een ware
uitkomst betekent; ook de algemene veiligheid is hiermede ten zeerste gediend.
Voor deze voor het gehele bedrijf zo bijzonder belangrijke schenking moge
de N.V. Philips op deze plaats de welgemeende dank worden gebracht door allen,
wier arbeid dagelijks door deze installatie wordt vergemakkelijkt.
In de verslagen der laatste jaren werden naast de aankopen hoofdzakelijk ter
beperking van de schaars toegemeten plaatsruimte uitsluitend de namen ver
meld van hen die gedurende het verstreken verslagjaar, hetzij door schenkingen,
hetzij door bruiklenen het bezit der Stichting hadden verrijkt.
Een alphabetische naamvermelding is in het jaarboek over 1965 eveneens opge
nomen; gaarne wordt op deze plaats dank gebracht aan allen, die gedurende de
verstreken verslagperiode op velerlei wijzen van hun belangstelling voor het
museum op een concrete wijze deden blijken.
Tevens vindt men in dit jaarbericht een overzicht met welke voorwerpen, af-
delingsgewijs, de reeds bestaande collecties werden uitgebreid. Hiermede wordt
tegemoetgekomen aan de vragen van hen die voor deze bezitsvermeerdering -
uit hoofde van wetenschappelijke belangstelling een meer dan algemene interesse
koesteren.
De aanwinsten worden vermeld in volgorde van aankopen, schenkingen, ruilingen
en bruiklenen, terwijl in het overzicht tevens de replica's werden opgenomen.
Het nog steeds sterk stijgende prijsniveau voor authentiek materiaal, waardoor
het aanvullen van in de collecties bestaande lacunes nagenoeg onmogelijk is ge
worden, deed ons besluiten tot het aanmaken van (voortreffelijk uitgevoerde)
replica's over te gaan.
De aanmaak vond plaats op grond van door Drs. R. B. F. van der Sloot gemaakte
voorstudies en tekeningen. De onder zijn leiding en toezicht staande uitvoering,
werd op zeer kundige wijze gerealiseerd door de heer A. Smit.
Volledigheidshalve moge worden gememoreerd, dat wegens plaatsgebrek niet alle
aanwinsten konden worden vermeld; de opgave bleef noodzakelijkerwijs beperkt
tot zich in zeer goede toestand bevindende objecten.