Verovering en Herovering: Nieuwpoort 1600
met zijn paard neerstortte. Honderd gulden kreeg echter de graveur Jacob de Geyn
van de Staten van Holland voor het maken van „eene zeer sierlyke kaart" van het
voorgevallen gevecht. De grootste beloning dus voor het minste risico.
De Atlas van Stolk heeft twee goede afbeeldingen van deze slag. Een is de al vermelde
Jacob de Geyn, die op zo'n onnavolgbare wijze in zijn „Wapenhandelinge" de
soldaten van Maurits al exercerend vereeuwigde. Rechts op die afbeelding staat een
cartouche omgeven door vaandeltrofeeën. Een latijns lofdicht bevind zich op die
cartouche, gewijd aan Maurits en geschreven door Huig de Groot, die hem toen
nog bewonderde. De andere afbeelding stamt uit dezelfde tijd. Het is een oudtijds
gekleurde voorstelling door B. Dolendo, terwijl ook Baudartius de Slag bij Turnhout
op een gravure liet uitbeelden.
Op deze drie afbeeldingen komen telkens vaandeltrofeeën voor. Opnieuw valt de
grote verscheidenheid in motieven der vaandels op, hoewel zij zonder uitzondering
het Bourgondische kruis vertonen. Er zijn geschaakte en geruite exemplaren, maar
ook rechte banen, een schubbenveld of een Madonna in stralenkrans op wit veld
zijn vertegenwoordigd.
Eén ruitervaan toont eveneens een Madonna, een ander toont een schuinkruis van
twee rechte palen op horizontaal gebaand veld. Van de spitsen der pieken en lansen,
aan welke laatste de doeken der vaandels en standaarden waren vastgeklonken,
hingen een of twee kwasten. Het valt op dat een deel van de trofeeën is gescheurd
en gerafeld; tekenen van lang gebruik of van een verwoede strijd om dundoeken,
die roem en geld betekenden voor de veroveraar. Ofwaren zij vóór de verovering
reeds met opzet verscheurd?
Vraagt men de gemiddelde Nederlander, welk jaartal hem van de lagere school nog
is bijgebleven, dan zal dit zeker het jaartal „1600: Slag bij Nieuwpoort" zijn. Op
2 juli van dat jaar werd het Spaanse leger op de stranden en in de duinen van
Vlaanderen bij die plaats, door Maurits na een zeer zware strijd verslagen.
De Stadhouder was eind Juni met een sterk leger vanuit Zeeuws-Vlaanderen opge
rukt om het kapernest Duinkerken voor altijd onschadelijk te maken. Ongeveer
17.000 man uitstekend geoefende infanterie en artillerie stootten tussen Gent en
Brugge door naar Oostende, terwijl 3.000 Staatse ruiters over het Vlaamse land
uitzwermden in de overigens vergeefse hoop dit gewest tot opstand te be
wegen.
De Spaanse landvoogd Albrecht van Oostenrijk reageerde echter snel en verzamelde
ruim 12.000 geharde infanteristen en ruiters bij Gent. Zijn echtgenote Isabella,
dochter van de in 1594 overleden Philips II, wist zelfs enige duizenden muitende
soldaten van allerlei landsaard in Diest verzameld te bewegen voor deze keer
mee te vechten onder eigen officieren en een eigen vaandel.
Maurits' leger had zich op 1 juli rond de haven van Nieuwpoort gelegerd, toen hem
de volgende morgen vroeg het bericht verraste dat Spaanse troepen reeds ten Zuiden
van Oostende waren aangekomen. Direct werd Ernst Casimir van Nassau met een
paar regimenten infanterie en een viertal compagnieën ruiterij naar de brug van
Leffinghem gezonden om een vertragend gevecht te beginnen. Hij kwam echter
te laat, zette niettemin een aanval door en werd prompt op de flanken aangevallen.
15