203 eenderde der schepen met 60 tot 70 stukken, gemiddeld met 300 koppen n n n 11 ii n n n loO 12 roeifregatten 16 20 „70 12 branders 20 Terwijl de uitrusting der vloot ruim drie en een half millioen kostte, de legerlasten voor het loopende jaar 500.000, de werfgelden met een maand soldij 700.000 bedroegen, waren de provinciën nog belangrijke sommen verschuldigd op de verschillende sinds 1665 ingediende peti tiën, waaronder 2.760.000 aan Denemarken. Volgens het met de hertogen van Brunswijk-Luneburg gesloten tractaat van 16 Maart moesten zijongerekend de verschuldigde achterstallenterstond een som van 70.000 rijksdaalders ontvangen, die door Holland tegen vier procent werd genegocieerdeenige maanden later was nog slechts in geringe mate aan deze verplichtingen voldaan (1). Inmiddels maakten de Franschen groote oorlogstoebereidselen en ver spreidde zich het gerucht, dat maarschalk Bernardin Gigault, markies van Bellefont, op marsch was naar Brussel. De lange winter en de achterlijke oogst belemmerden voorloopig de krijgsbedrijven. In de eerste dagen van April vroeg Castel Rodrigo aan Hunne Hoog Mogenden 4000 man Staatsche troepen tot versterking van enkele Zuid-Nederlandsche garnizoenentevens 10000 man marschvaardig te maken500.000 It bus kruit, 6000 musketten, een groot aantal kanonkogels en eene goede somme gelds. De Republiek wilde echter van geen secours weten, zoo lang Spanje weigerde vrede te sluiten en dreigde zelfs tot bezetting van Vlaanderen te zullen overgaan.Hunne Hoog Mogenden, wier staatkunde geheel werd beheersclit door den raadpensionaris van Holland Johan de Witt, raadden der koningin-regentes om Castel Rodrigo te machtigen vrede te sluiten opgrond van het tractaat van 23 Januari. Aan Frankrijk gaf de Republiek op zulks te doen „uyt een christelick ende vredelievend gemoet „om den Coningh van Vranckrijck onder andere daer door des te eerder, „ende beter te disponeren tot suspensie van syne wapenen bij continuatie „ten uyteijnde vande maent van May naestcomende". Als eigenlijke bedoeling zat voor om der wenschen van Lodewijk XIV te gemoet te komen, liever dan aan hem de vervulling daarvan over te laten. Op 15 April kwam te Parijs een tractaat tot stand, houdende 's konings belofte aan Groot-Brittannië en de Republiek om tot einde Mei de wa penen te laten rusten. Het Hof te Madrid behield het zwijgen, zoodat Castel Rodrigo had te kiezen tusschen voortzetting van den oorlog zonder iemands hulp of een vrede met opofferingen. Zonder omtrent laatstgenoemd punt volgens den wensch van Johan de Witt met Frankrijk (1) Res. S. G. 15, 16, 19, 20, 30 Maart, 3, li, 25 April, 4, 8 Mei, Res. H. 23 Maart, 12 April, Lias loopende 1668 dd. 28 Juli. n 11 11 ii n 11 11 200

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Het Staatsche leger | 1921 | | pagina 223