216
ongerekend de 15 ordinaris. compagnieën van liet regiment Wirtz, be
nevens de 86 compagnieën mariniers, waardoor het gelieele aantal compag
nieën op 455 komt met een totale sterkte van bijna .80000 man. Utrecht
verzocht vergeefs om de van 115 op 80 man gereduceerde compagnie
van Frederik van Nassau-Zuylenstein gelijke sterkte als de compagnie
van veldmaarschalk Wirtz te laten behouden (1).
d. De Brunswijk-Luneburgsche subsidie-troepen af te danken. Dit kon
pas na uitbetaling van zes maanden soldij en traktement geschieden.
Ten einde bovendien aan de billijke vorderingen der hertogen betreffende
de achterstallige subsidiegelden te voldoen, kreeg de ontvanger-generaal
last, dat hij „een van sijne.capabelste.ende bequaemste commisen naer
„de defectueuse provinciën sal hebben aff te senden om van deselve de
„voorschreve subsidie te vorderen". Dit hielp niets. Men kon de troepen
tot 3 September voldoen uit de door Holland maandelijks te verstrekken
100.000, waarna nog voor betaling over een maand van 42 dagen
moest worden gezorgd (2).
De in uitzicht gestelde afdoende garnizoens-indeeling liep uit op den
verplaatsing van 23 compagnieën (3).
't Bleef geenszins bij bovenvermelde veranderingen in de legersterkte.
Holland ging ter bevordering zijner plannen met de mariniers op eigen
gezag over tot licentieering van een zeker aantal compagnieën en voegde
de in 1667 van Overijssel overgenomen 144 scheepssoldaten als 20ste
compagnie bij het in 1665 door de provincie opgerichte regiment van
19 compagnieën. Bovendien waren in 1666 twintig gewone compagnieën
tot mariniers gemaakt, waarvoor de eerstvolgende vacante compag
nieën of wel die van de jongste kapiteins in aanmerking kwamen (4).
Van de in 1667 verleende bevoegdheid om 24 compagnieën voor den
zeedienst te bestemmen, had Holland slechts tijdelijk gebruik gemaakt.
In 1668 bestonden de op Holland gerepartieerde mariniers uit een regiment
van één compagnie-colonnelle van 150 en 19 compagnieën van 100 man
benevens uit 20 losse compagnieën en 45 mariniers ter versterking der
compagnie van .kolonel Johan van Beaumont, als commandeur van Brielle.
De provincie verklaarde betreffende het regiment 49.333 te zijn te
kort gekomen.Totvereffening van de schadepost waren reeds twee
vacante compagnieën geïncorporeerd en moesten aanstonds 24 compag
nieën worden gelicentieerdnamelijk; acht compagnieën ter vergoeding
van de losse compagnieën, welke tot een sterkte van 100 man waren
opgevoerd, .veertien, compagnieën op Holland, twee van Utrecht en
Overijssel overgenomen compagnieën. Men wenschte daartoe aan te
wijzen: drie compagnieën van het regiment Wirtz, veertien compagnieën
(1) Res. S. G. 28 September, 2 October 1008.
(2) Res. S. G. 11, 15, 1G, 24 Augustus, 4, G September, Res. R. v. St. 9 Augustus 1GG8,
(3) Res. S. G. 18 October 1GÓ8.
(4) Res. H. 6 Augustus 1G6G,