35è
luiden der Meierij en lieten huizen „van die constitutie dat deselve van
„den vyandt niet als met canon connen geforccert werden" bezettenals:
Kranendonk met 1 luitenant en 50 nu
Aan de landdrosten Jacob van Reede en mr. Franqois Focanus was
opgedragen om het ophalgn van vijandelijke contributiën te verhinderen.
Toen de bezettingen der genoemde huizen het garnizoen van 's-Hertogen-
bosch moesten versterken, werden zij vervangen door huisluiden; terwijl
in Augustus „wegens schaersheyt van penningen" de beide landdrosten
en hun volk ontslag uit den dienst bekwamen. Intusschen leed de
Meierij ook aan overlast van het eigen krijgsvolkwaartegen men door een
plakkaat trachtte te voorzien (1).
Luik klaagde voortdurend over schennis der neutraliteit en de van
wege de gouverneurs van Maastricht en Breda opgelegde contributiën.
Keizer Leopold liet te 's-Gravenhage betoogen, dat Luik als lid van het
Duitsche Rijk geen deel had aan hetgeen de keurvorst-aartsbisschop van
Keulen tegen de Republiek ondernam, zoodat men aldaar geen „courses"
mocht laten houden, integendeel ernstig moest bedenken dat Luik alle ge
meenschap met Maastricht kon afsnijden. Gedurende den tocht van
prins Willem III naar Charleroi bracht het garnizoen van Maastricht niet
alleen het bisdom Luikmaar het geheele platte land van Keulen onder
contributie. Met het einde van den tocht hielden de vijandelijkheden op
en kon weör eenige handel worden gedreven. Pas in Maart 1673 sloot
de Republiek met Luik een acte van neutraliteit (2).
De pogingen tot het innen van contributiën strekten zich in wijden
kring uit; zoomin Fransche als Staatsche troepen ontzagen daarbij
den Spaanschen bodem. Op de door de Sta ten-Generaal aan den
gouverneur van Breda gevraagde inlichtingen, of' hij de kapiteins
Robbert Dominique de Neale en Jacob van Busdael voor de opvorde
ringen in Picardië en de door Frankrijk bezette landstreken tusschen de
Maas en de Sambre kon aanbevelen, ontvingen zij ten antwoord, dat
genoemde officieren pas bezig waren hunne compagnieën te Breda op te
richten, niemand „sonder goede intelligentie off macht van crychsvolck
„van dese syde" zoodanige opdracht zou kunnen uitvoeren (3). De Fran
sche commandant te Kortrijk strekte de contributiën uit tot Staats-
Ylaanderen en het Vrije van Sluis. Zijne vorderingen leidden de
Heize
Rixtel
Mierloo
Helmond
1 sergeant
36
50
30
30
bovendien, bij elk detache
ment, twee ruiters van
den landdrost.
(1) Seer. Res. S. G. 12 Mei, 2, 12 Juni, Res. S. G. 3 Juni, 19, 23, 26 Augustus, G. P. B.
III 167 id. 5 Augustus 1672.
(2) Res. S. tl. 15 September, 10, 11 October 1672, 20, 30 Januari, 15 Maart 1673,
(3) Seer, Res. S. G. 28 Mei, 3 Juni, 8 November 1672.
1