398
tot stadhouder en kapitein-generaal van Valkenburg, Daelhem en 's-Hef-
togenrade, op commissie als voor zijn vader prins Willem II dd. 29 Fe
bruari 1648 (1).
De in 1672 door de Franschen en de Keulsch-Munstersche benden over-
lieerde provinciën Gelderland, Utrecht en Overijssel waren vooreerst niet
in de gelegenheid om tot een stadhouderskeuze over te gaan, evenmin
de provincie Groningen, zoolang deze niet van den druk der Munsterschen
was bevrijd.
Drente, hoewel verstoken van de souvereine rechten als de zeven
bondgenootenmocht ingevolge de beslissing der Staten-Generaal van
5 April 1601 zelfstandig het landschapsbestuur uitoefenen. In 1658
erkenden Hunne Hoog Mogenden het recht van Drente om te allen tijde
een eigen stadhouder te kiezen (2). Van 1664 tot 1674 bleef het land
schap stadhouderloos. Rutger van den Boetzelaer, heer van Touten-
burg, sinds 1643 drost van Drente en kastelein van Coevorden, in 1668
overleden, werd als zoodanig opgevolgd door Hendrik Munster Willem
van Bernsau, heer van Ruinen (3). Tijdens de overheersching van
1672 verloor hij zijne waardigheden, waarin hij na de herovering van
Coevorden niet terstond werd hersteld, maar tijdelijk vervangen dooi
den luitenant-generaal Karel Rabenhaupt.
De drosten van Wedde en Westwoldingerland waren
16341652 Johan Coenders,
6 September 1652 Geert Gruys,
19 Februari 1656 Johan Verrutius,
15 Februari 1670 Berent Aldringa.
Sinds 1644 was Willem van Till drost van Valkenburg en Daelhem,
Robbert van Ittersum drost van 's-Hertogenradein 1651 werd eerstge
noemde door zijn zoon Hans Willem opgevolgd (4). Volgens het regle
ment van 10 December 1661 ontving H. W. van Till een nieuwe com
missie als drost van Valkenburg, R. van Ittersum als drost van Daelhem
en 's-Hertogenrade (5). Laatstgenoemde, in 1660 aangesteld tot majoor
der infanterie, aanvaardde de betrekking niet. Sinds dien verleenden
Hunne Hoog Mogenden de volgende commissies als drost
van Valkenburg: 30 December 1661 Hans Willem van Till,
23 Maart 1669 Lucas Willem van Isselmuden, heer tot Swol-
lingercamp
van Daelhem en 's-Hertogenrade: 30 December 1661 Filips Jacob van
den Boetzelaer, heer van Asperen, met vernieuwde commissie
dd. 26 Januari 1667.
(1) Res. Zeeland 2, 9 Juli, Res. H. 3 Juli, Comm. S. G. 7 Juli, 22 September 1072.
(2) Res. S. G. 917 AugustusRes. R. v. St. G September 1058.
(3) Gekozen op den landdag van 15 October 1068.
(4) Comm. S. G. 9 Juni 1651.
(5) Zie bladz. 103.