458
Gelijktijdig telde de cavalerie 89 compagnieën met 7190 paarden.
De staat van oorlog voor 1(372 bevatte hetzelfde aantal compagnieën
met gelijke sterkte als de staat voor 1(371; de extra staat van dit jaar
liep stilzwijgend door (1).
In 1672 consenteerden de bondgenooten in de vermeerdering der infan
terie met drie lichtingen
dd. 4 Februari10 regimenten j elk regiment van
21 Februari14 14 compagnieën
28 April18 1 ad 100 man.
Volgens opgave van den Raad van State dd. 17 Juni stonden, toen of
binnen korten tijd, 903 compagnieën met 91125 man in de gelederen,
ongerekend de lichting van 28 April. Daarentegen bleek uit den staat
van 28 September de repartitie van slechts 781 compagnieën (2).
Holland kende in 1673 weder traktementen toe aan de regiments-offi-
cieren, ingaande op 1 Mei 1672 (3) kolonel 300, luitenant-
kolonel 100, majoor 80, adjudant 32—119, kwartier
meester 25, provoost 20 der loopende maand. De adjudanten-gene
raals bij de veldmaarschalken en de generaals, de adjudanten van de
korpsen ontvingen hunne commissies pas in 1673, ofschoon zij reeds in
het najaar van 1672 waren benoemd.
Het musket met lontslot bleef het voornaamste wapen van den infan
terist. Het in 1632 opgerichte regiment vuurroers van kolonel Johan
van Wijnbergen bestond nog; maar omtrent het haanslot met kunst-
matigen vuursteen vernam men na den vrede van 1648 zeer weinig. In
1665 kwam een vuursteengeweer in gebruik bij het, in overleg met den
luitenant-admiraal de Ruyter opgerichte regiment scheepssoldaten of ma
riniers: „Ende nademael het gebruyek van musquetten met Lonten op
„Zee niet geheel bequaem is, dat derhalven de soldaten van 't voorsz.
„Regement sullen werden gewapent 'met Geweer van snaphaen-slooten
„voorsien, dewijle hetselve oock bequaem geoordeelt wordt, om daermede
„eene expeditie te Lande te doen" (4). Het wapen kon evenmin als zijn
voorganger bij het handgemeen dienen. Wel plaatste men soms een
verkorte piek in den loop of trachtte op andere wijze het geweer als
stootwapen in te richten. De algemeene invoering daarvan wachtte op
de uitvinding van de bajonet, die tijdens het vuurgevecht op den loop
bevestigd kon blijven. Uit de volgende prijsopgave blijkt, dat de mari
niers waren voorzien van bandeliers, derhalve de snaphaan, even als het
musket afzonderlijk met kruit en kogel werd geladen; de patroontasch
met een eenheidspatroon behoorde tot de toekomst. In 1672 kochten
(1) Staat van oorlog dd. 8 Januari 1672, indox Raad van State N° 1281.
(2) Zie bladzn. 270, 276.
(3) Res. H. 18 April, 26 Augustus 1673.
(4) Res. H. 10 December 1665.