469
Res. R. v. St. 21 Maart 1667. Francois van Overschie.
Res. R. v. St. 4 April 1672. Hartman de Heijde.
6. Regiment Beverweerd 1665 Steelandt 1668 Manmaecker(I).
Kolonels.
Sinds 1685. Lodewijk van Nassau-La Leck, heer van Beverweerd;
overleden 28 Februari 1665.
De compagnie garde op Overijssel werd beschouwd als compagnie-
colonnelle van het regiment. Ze ging in 1658 als gewone compagnie
over op de repartitie van Holland. De Staten schonken haar aan
Pieter Kien, die sinds 1649 als luitenant reeds het bevel voerde.
De compagnie van den overleden Hendrik van Brederode, ter
sterkte van 225 man, werd nieuwe compagnie-colonnelle. Na over
lijden van Beverweerd werd deze volgenderwijs verdeeld 50 man
tot vorming eener compagnie onder kapitein Johan van Wanrooi, 80 man
tot verhooging der compagnie van kolonel Steeland tot 80 man
90 man tot verhooging der compagnie van kolonel Wigbolt van der
Does tot 225 man, 55 man tot vorming eener compagnie onder
kapitein Daniel de Lannoy (2).
Res. R. v. St. 20 Maart 1665. Filips van Steelandt.
Res. R. v. St. 27 September 1668. Karel Manmaecker, heer van
Hofwegen.
Luitenant-kolonels.
Sinds 1639. Filips van Steeland.
Res. R. v. St. 24 Maart 1665. Zeno Tengnagel.
Res. R. v. St. 21 Juli 1665. Karel Manmaecker van Hofwegen.
Res. R. v. St. 27 September 1668. Walraedt zur Muhlen (3).
Res. R. v. St. 5 Februari 1672. Andries Commersteyn.
Majoors.
Sinds 1639. Frederik van Lyere.
Comm. R. v. St. 8 December 1659. Zeno Tengnagel.
Res. R. v. St. 24 Maart 1665. Karel Manmaecker van Hofwegen.
Res. R. v. St. 21 Juli 1665. Willem zur Muhlen.
Res. R. v. St. 27 September 1668. Andries Commersteyn.
Res. R. v. St. 8 Februari 1672. Adriaan van Gent (4).
(1) Zio Dool IV bladz. 233.
(2) Res. S. G. 16 December 1646, Res. H. 22 December 1655, Res. R. v. St. 21 Februari,
Res. H. 11 Januari 1656, Res. R. v. St.. 8 Februari, 5 December 1657, Res. S. G. 12 Maart
Res. H. 9 April, Res. R. v. St. 30 Mei, 18 Juni, 15 Juli, Comm. R. v. St. 15 April 1658,
Res. H. 20, 21 Maart 1665.
(3) De naam komt mede voor als W. zur Meulen en W. ter Meulen.
(4) Adriaan van Gent kreeg in 1663 een jaar verlof naar Frankrijk „om hem in
„chryclisexorcitie aldaer te mogen oeffenen" (Res. S.G. 28 September 1663),