549 luitenant-admiraal van Holland en West-Friesland Hes. S. Cl. 10 Augustus. Res. H. 11 Augustus. AANTEEKENING N° 25 5 (bladz. 153). Het Rrunswijksche Huis was verdeeld in twee hoofdliniën: Wolfen- buttel en Luneburg. In 1(541 stierf hertog George II van Brunswijk-Luneburg, waaropzijn twee oudste zonen het land verdeelden Christiaan Lodewijk (1(5221(563) kreeg CelleGeorge Willem (16241705) Hannover. Bij overlijden van den oudsten broeder volgde George Willem hem op in Celle, met behoud van Hannover: dit laatste onder protest van den derden broeder Johan Frederik (16251679), die in 1651 tot den Roomsch-Katholieken godsdienst was overgegaan. Onder bemiddeling van de Staten-Generaal en van Maximiliaan Hendrik van Beieren, keurvorst-aartsbisschop van Keulen, kwam een overeenkomst tot stand, volgens welke Hannover aan Johan Frederik ten deel viel (1). Hertog George Willem zag af van alle aanspraken op Hannover tegen de keizerlijke erkenning, onder goedkeuring zijner bloedverwantenvan zijn gemalinEleonore d'Esmiers markiezin van Olbreuse, tot dusverre bekend als „Madame de Harbourg", als hertogin. Toen Johan Frederik in 1679 zonder mannelijke nakome lingen overleed, volgde de vierde broeder Ernst August (16291698), sinds 1662 evangelisch bisschop van Osnabruck, hem op als hertog van Hannover. Deze was in 1658 gehuwd met Sophia van de Palts, dochter van keurvorst Willem V den Winterkoning en van Elisabeth, dochter van Jacobus I van Engeland. Hun zoon George Lodewijk zou ten gevolge dezer afstamming eenmaal als George I de rij openen der Britsche koningen uit het Huis van Hannover. In 1682 huwde hij Sophia Dorothea, erfdochter van zijn oom George Willem, die haar geluk zij was eerst verloofd met prins August Frederik van Bruns- wijk-Wolfenbuttel opofferde aan de kansen van toekomstige grootheid voor de afstammelingen; hij stelde haar bloot aan een verblijf bij het meest zedelooze der Duitsche Hoven van dien tijd. Na overlijden in 1666 van hertog August van Brunswijk-Wolfenbuttel verdeelden zijn drie zonen het land: Rudolf August kreeg Brunswijk, Anton Ulrich Wolfenbuttel, Ferdinand Albrecht Bevern (2). Hunne Hoog Mogenden vereerden den graaf van Waldeck, voor de bewezen diensten bij het sluiten van de capitulation met de hertogen door M. Az. de Ruyter, luitenant-admiraal van Amsterdam. (1) Res. S. G. 17, 18 April, 20 Mei, 17 Juni, 4 Augustus, 28 September, 10 October, Res. II. 28, 30 Aprii 1005. (2) Res. S. G. 8 October 1000.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Het Staatsche leger | 1921 | | pagina 569