39 wijl de kapiteins „slecht hope hadden van remboursement ende beta lingen": niet ten onrechte, al spoedig moesten zij verzoekschriften indienen om loop- of werfgelden te verkrijgen (1). De nieuwe maatregel gaf aanstonds aanleiding tot geschil. De pro vinciën, die naar verhouding meer inlandsche dan vreemde compagnieën op repartitie hadden, dus meer moesten betalen, drongen herhaaldelijk doch te vergeefs aan om de meerdere uitgaven in evenredigheid dei- quoten te verdeelen (2). Voorts ontstond geschil omtrent het aanhouden der troepen na afloop van den bepaalden termijn. Toen de Staten van Holland er met recht tegen opkwamen dat Friesland eigenmachtig zes man van elke versterkte compagnie ontsloegin plaats van alle voor den bepaalden tijd voltallig in dienst te houden, werd hun wederkeerig verweten, dat zich onder de 25 man der Hollandschen compagnieën minder geschikten als appointés, bevonden (3). De maatregelen tot het behoorlijk weerbaar maken van het leger bepaalden zich tot het hoogst noodzakelijke. Holland wenschtedat de veldmaarschalk Brederode een „generale reveue" zou houden „van alle frontieren ende „forteressen van dese Staet, ende te letten op de tochten ende wachten, „chrychsdiscipline ende andere militaire plichten". Doch de Raad van State liet de fortificatiën inspecteeren door gedeputeerden, die tevens moesten monsteren, terwijl de gouverneurs en commandeurs de opdracht kregen om de militie minstens éénmaal 's weeks onder de wapenen te laten komen ten einde ze „weder in de gewoonte te brengen ende houden „van heure wapenen wel te kunnen manieren ende de ordres daerop „loopende nae behooren te observeren"; de ruiters moesten voorzien zijn van „goede ende welgedresseerde peerden". Sinds 22 Januari 1648 hadden de soldaten geen buskruit ontvangen; de bandeliers der musketiers wer den nu weder voor de oefeningen gevuld. Aan de frontieren moest men „goede wacht houden op alle vreinde trouppes ende uytheemsch crychs- „volck". Lotharingsche en Spaansche benden maakten de oostelijke grenzen en de meierij van 's-Hertogenbosch onveilig, terwijl in West- phalen, in de Rijnstreken, zelfs in het hart van Holland, voor vreemde volken geworven werd (4). Het volk schreef de rampen van den oorlog en de daardoor veroor zaakte ellende toe aan de anti-staclhouderlijke partijwelke het roer van (1) Res. R. v. St. 22, 24 Juni, 20, 24 Juli, 15 Augustus, Seer. Not. R. v. St. 11 Juni, 23 Juli, 23 November, Ros. H. 15 Juni, 4, lJ, 10, 20, 22, 23, 30 Juli, 2, 3. 013 Augustus, 13 December, Seer. Res. S. G. 24 Juli, 9 Augustus, Res. S. G. 22, 24. 26, 29 -Juni, 24 Juli 1652, 21 Januari 1053. (2) Res. S. G. 5 Augustus1218 DecemberRes. R. v. St. 13 December 1052Res. S. G. 21 April24 NovemberRes. H. 21 November 1053. (3) Res. H. 13, 20 December, ltes. S. G. 19 December 1052, Res. S. G. 17 Februari, 13 Juni, Res. H. 11, 12 Juni 1053. (5) Seer. Res. S. G. 29 Maart, 2 Juni, 22 Juli, 21, 23 October, Ros. S. G. 12, 20 Juli, 25 October, 2 November, Res. 11. 1, 2 Mei: Rus. R. v. St. 12, 23 Juli, 14 Augustus 1652,

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Het Staatsche leger | 1921 | | pagina 59