53 raadsleden en twee ingenieurs bracht aan het licht, dat de toestand der forten niet was naar behooren, terwijl men bij het droogleggen van eenige moerassen in de grensstreken verzuimd had zorg te dragen, dat ze „onpassabel" waren gebleven (l). „Een groote menichte van solliciteurs", tot de raadszitting toegelaten, ontvingen opdracht om aan de officieren bekend te maken, dat zij zich binnen acht dagen in hunne garnizoenen moesten vervoegen; de zich in het buitenland bevindenden, binnen zes wekenonder bedreiging van cassatie. De troep behoorde minstens een maal per week te worden geoefend en de musketiers moesten weder „cruyt opde panne" krijgen voor de oefeningen zonder scherp. Starre protestanten, die 't verdacht vonden, dat bij de compagnieën zoo velen „van de pausselicke gesintheijt" aanwezig waren, werden gerustgesteld door de verzekering, dat de katholieke officieren gedurende tal van jaren trouwe diensten hadden bewezen (2). Sommige officieren werden nu en later „gedispenseert vande precisicheyt" betreffende het bevel om zich bij hunne compagnieën te bevinden. Tot hen behoordende kapitein Alexan der Hume, hofmeester, de ritmeester Thomas Howard, stalmeester van de „princes royale", de kapitein Jean de Saugnier, stalmeester van de „princes douairière" Amalia, de kapitein Filips Ernst Vegelin van Claerbergen, hofmeester van prins Willem Frederik, zoomede de kolonel-commandant der Hollandsche garde te paard graaf Christiaan Albrecht van Dohna, doch steeds in dienst van keurvorst Frederik Willem van Brandenburg (3). De Staten-Gfeneraal besloten tot de formatie van twee „corps d'armees". (iroote moeilijkheden bestonden om daarvoor geld te verkrijgen en com pagnieën aan te wijzenwelke alleen ingevolge door de provinciën goed gekeurde patenten van standplaats mochten veranderenterwijl de gewesten naijverig toezagen om niet boven andere bondgenooten te worden bezwaard. De twee korpsen zouden alleen „in pressanten noot „bijeen treeken ende een gros formeren met kennisse ende voorweten ende „goetvinden vande lieeren Staten van die provintie ofte derselver ge- „authoriseerden daer de voorsz. Troupes ageren sullen". De samenstelling was als volgt Het Eerste Korps, onder bevel van prins Willem Frederik van Nassau, bevatte 1 comp. cavalerie en 12 comp. infanterie uit Friesland, 2 „1(5 Groningen, 1 Coevorden 7 12 van het Tweede Korps, (1) Res. S. G. 8 Mei, Res. R. v. St. 11, 12, 21 Mei, 5, 11 Juli, 17, 19-22, 2(5, 28, 30 Juli, 2, 1, G, 10 Augustus 1655. (2) Seer. Res. S. G. 9 Mei, Res- S. G. 12, 18 Mei, 10 Juni, 8, 13, 26 Juli, 7 September, lies. R. v. St. 21 Mei, 12, 13, 17 Juni, 16 Juli, 4, 11 Augustus, 9 September 1655. (3) Res. R. v. St. 25 Mei, 18 Juni, Res. S. G. 4 Juli 1655, 8 November, Res. R. v. Si. 7, 13 April 1656 30 Januari, 27 Februari, 20 Maart, 22 Juni, Res. S. G. 21 Juni 1658, V. 77f -

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Het Staatsche leger | 1921 | | pagina 73