58
kanonniers „afgrijsselick met kogels, schroot, roselinghenyzeren bouten
„ende schuyftanghen" beschieten en dwong den 29sten den magistraat
tot een verdrag. Een uit Deventer naar Hasselt gezonden hulpbende
verscheen te laat en werd den volgenden dag bij Rouveen verslagen (1).
Beide partijen kwamen thans tot inzicht dat zij te ver waren gegaan
en haakten naar een oplossing. Op 6 Juni 1657 kwam een voorloopig
verdrag tot stand; daarna riepen zij de bemiddeling in van Holland en
aanvaardden de scheidsrechtelijke uitspraak van Cornelis de Graaf van
Zuidpolsbroek, oud burgemeester van Amsterdamen Johan de Witt
oom en neef namens Hunne Hoog Mogenden (21 September). De
Staten van Overijssel beloofden het daaraan toegevoegde regeeringsregle-
ment voortaan te zullen volgen. Een luisterrijke feestdisch in den Doelen
te 's-Gravenhage bezegelde de herstelde eendracht zoolang 't zou
duren(3).
F. OORLOG IN HET OOSTEN.
STAATSCHE MUSKETIERS TE DANTZIG.
Aan keurvorst Erederik Willem van Brandenburg komt de eer toe,
den grondslag te hebben gelegd van het Pruisische leger. Tot 1655
beschikte hij in zijn wijd verspreid gebied slechts over een gering
aantal garnizoens-compagnieën. Reeds twee jaren was versterking dezer
voorbereid door wervingen, o. a. in de Rijnstreken, eveneens nabij
Maastricht en 's-Hertogenbosch met toestemming en onder inachtne
ming van enkele bepalingen door de Republiek (3). De op te brengen
penningen voor de nieuwe militie veroorzaakte hier en daar verzet; de
stenden van Cleve en de magistraat van Wesel zochten steun bij de
Republiek om daarvan verschoond te blijven. Hoewel de Staten-Generaal
zich onbevoegd achtten om de werving en daarmede gepaard gaande
inkwartiering nabij de hunnerzijds bezette plaatsen in het keurvorstelijk
Cleefsch gebied tegen te gaan, verzetten zij zich tegen bezetting van
het kasteel en van een deel van het lort Orsoy, en behartigden de
belangen der ingezetenen tegenover mogelijke misbruiken van keur-
vorstelijke zijde (4). De gelijktijdige dienst van prins Johan Maurits
van Nassau bij den keurvorst en bij de Republiek kwam daarbij
tegemoet.
(1) Res. S, G. 28 Januari, 5 Februari, 1 Maart, '27, 29, 31 Mei 1050. Lieuwe van
Aitzema „Saken van Staet en Oorlogh37c Boeck".
(2; Res. II. 11 Juli, 17 Augustus, 21 September 1057.
(3) Res. S. G. 24 Res. R. v. St. 27Seer. Res. S. CL 29 December 1055.
(4) Res. S. G. 12, 22, 23, 25, 20 Juni, 2, 23 Juli, 30 October 1655, 24 Januari, 2 Mei,
5 September, 15 DecemberRe$. R. v. St. 4 Mei 1056.