102 de tweejarige kursus bij de Krijgsschool voor de Inten dance voldoende kan worden geacht met het oog op de eischenwelke haar tegenwoordig worden gesteldmaar ook tegenover de zeer primitieve opleiding van het gros der officieren van de militaire administratie in Nederland. "Wordt die opleiding niet op een meer wetenschappelijken voet gebrachtdan zou hetdunkt mijbetei zijnde officieren voor de Intendance te kiezen uit de kundige officieren der verschillende wapens. In het „Recueil Militair" van do jaren 1875 en 1S76 vindt men de organisatie der Krijgsschool en de vereisch- ten voor het examen van toelating daarop. Die vereisch- ten zijn telkens veranderd en laatstelijk in het «Recueil Militair" van 1876 gewijzigd. Yoor hoelang? Bladz. 182. Het eindexamen mor den Indischen as pirant-sta fojfi e ier Yoor den Indischen stafofficier komt mij voorhoofdzaak te zijngrondige kennis van ons legerbeheei'van ons defensiestelsel en de beredeneerde beginselen van onze legerorganisatielegervorming en legeraanvulling (con centratie en mobilisatie in tijd van oorlog)grondige kennis van onze volkenrechtelijke beginselen en van de politiekwaarop het Nederlandsch gezag in den ar chipel berustkennis van het Indisch staatsrecht en, meer gedetailleerdvan het zoogenaamd administratief recht voor het leger en de marine; grondige kennis eindelijk van de taktiek der drie wapens, de algemeene artillerie fortificatie, castrametatie en legerverplegingzooals die door de lessen der Indische krijgsgeschiedenis en door de kennis der land- en volkenkunde van Ned. Indië moeten worden gewijzigd. Wanneer hierbij niet wordt gesproken van strategiegeschiedt dit voorbedachtelijk. Strategiede kunst, van den veldheerkan niet onder

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1878 | | pagina 113