- 132
Op de westkust kwam onlangs ook de zoo lang be
raamde vestiging (verg. Mil. tijdschr. 1877, bl. 79)
van een ambtenaar met een garnizoen tot stand. De
onderhandelingendaarover bij verschillende gelegenheden
(onder anderen in December 1876, toen de controleur d'En-
gelbrojtner de westkust met een oorlogschip bereisde) met
den radja van Malaboeh gevoerdwerden door den adsistent-
resident Kroesen tot het gewenschte einde gebrachttoen
hij in het begin van Maart jl. met de Deli de westkust
bezocht.
Dooi' genoemd oorlogschip werd bij deze gelegenheid
eene tuchtiging toegediend aan Kwalla Batoe, welks be
volking zich aan. zeeroof had schuldig gemaakt; en welks
hoofd (radja Soleiman) ook na herhaalde aanmaning, in
gebreke bleef de uitlevering der geroofde goederen of eenige
andere voldoening te bezorgen, en elke aanraking met
onze ambtenaren halsstarrig vermeed.
Moest hier bestraffend worden opgetredenin het noor
delijk gedeelte der westkust had de adsistent-resident Kroe-
SER eetie meer vredelievende taak te vervullen. De hoofden
van Rigas, Telok Kroet, Tenom en Sabi hadden bij
herhaling hun wensch te kennen gegeven om in onderwer
ping te worden aangenomen, maar in de onzekerheid of
hunne aanzoeken ernstig gemeeud warenhad de militaire
en civiele bevelhebber, in overeenstemming met de instruc-
tiën der Indische Regeering, zijne beslissing aangehouden
totdat een ambtenaar zich persoonlijk met hen in betrek
king zou hebben kunnen stellen.
De genoemde landschappen werden nu door den adsis
tent-resident Kroesen bezocht, en het resultaat van zijne
besprekingen met de radja's wasdat deze hem naar
Respectievelijk genaamd: Potjoet Mohamat Toekoe Bait, Toe
koe Imam en Toekoe Kedjoeroean. De havenplaats van Sabi heet
Ketapang Pasei.