3 Oosten de Tarakoti en de paleizen van Farhat Bash en van Chattar Manzil. Aan de zuidelijke en westelijke facen werden de oude verdedigingswerken behouden doch het garnizoen versterkt en eenige kleine werken aangelegd. De Eugelsche troepen, onder het opperbevel van Outram, werden in twee korpsen verdeeld; het oude garnizoen, versterkt door de Schotten en de fuseliers van Madraswas, onder bevel van kolonel Inglis, belast met de verdediging van de oude defensielijn de generaal Havelock had het bevel over de verdere troepen, en bezette daarmede de Tarakoti en de aangren zende paleizen. Deze nieuwe stellingen werden bij de voortzetting van het beleg hevig door de Sepoys geteisterd. Aan de zijde der stad begon de vijand op groote schaal mijnen aan te leggen, doch de genie, onder de orders van den kolonel Napier, zorgde, dat hij daardoor weinig of geen voordeel behaalde. Men heeft in het vorige hoofdstuk reeds kennis kun nen nemen van de verdeeldheidwelke onder de hoofden der opstandelingen begon te heerschen. Reeds bij zijne aankomst te Cawnpore had Outram kunnen bemerken, dat de groote grondeigenaars, die na lange aarzeling de zaak der opstands hadden omhelsd, bevreesd begon nen te worden voor een ommekeer van zaken, en hij maakte van hun angst gebruik, om dien te zijnen voordeele aan te wenden. In de eerste dagen van October liet de radja Man Singh aan den generaal een wapenstilstand voorslaan en een geleide van tien duizend zijner eigene soldaten aanbieden, indien hij zich wilde verbinden, het koninkrijk met zijne troepen te verlaten. Man Singh, hoezeer de vaan der opstands gevolgd hebbendehad evenwel nooit verzuimd, waar hij kon et t

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1878 | | pagina 14