147 schers geloofdendat het bericht van dat onheil de over gaaf der vesting zonde veroorzaken en, met het doel om do bezetting vrees aan te jagenbombardeerden zij de kampen voor Metz hevig, tiet officiëel verhaal voegt er eenvoudig bij, dat dit doel niet bereikt werd. Het Rijnleger bleef dus, op dit oogenblik, het eenige geregelde leger van Frankrijk; het telde 120.000 man van de beste Fransche troepen, die geoefend waren door roemrijke veldslagen, gehard tegen vermoeienissen, en aan gevoerd door deugdelijke bevelhebbers, waarin zij volle vertrouwen hadden. Welke rol ging dit leger spelen tegenover de Duit- schers? Het verhaal van den Duitschen staf vermeldt slechts de feiten, en doet deze maar zelden door enkele opmerkingen vergezeld gaan. De Duitsche schrijvers heb ben nooit geloofd aan de mogelijkheid, dat het Fransche leger den insluitingskring zoude hebben kunnen doorbreken en het veld houden; zij vinden zelfs het gedrag van den maarschalk Bazaine zeer verklaarbaar; wanneer de na tionale eigenliefde in het spel isis er geene plaats voor de waarheid. Wij, die de rampen van den laatsten oor log nauwkeurig dienen na te gaan om daaruit lessen te trekken voor de toekomst, kunnen do leiten niet aannemen zonder ze te beoordeelen. Het leger van prins Frederik Karei, de reserve-divisie daaronder begrepen, telde 197.326 man; doch tegen het midden van October 1870 had het reeds 40.000 zieken, ruim een vijfde gedeelte zijner sterkte. Zeker had het een groot weerstandsvermogen, maar aangezien de poging om den vijand vrees aan te jagen geen ander gevolg had gehad dan eene krachtige proclamatie van den maarschalk Bazaine, oordeelde de Pruisische generale staf het noodig, nieuwe werken aan te leggenom de insluitingstroepen op meer afdoende wijze te dekken.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1878 | | pagina 158