184
nagegaan of bespied worden, mag natuurlijk alleen op goede
paarden haar oog laten vallen. En zoodoende komen de
beste paarden natuurlijk niet in handen der kommissie
maar blijven er. voor haar slechts enkele over, die aan
de eischen der remonte voldoen; want .de meerderheid
voldoet niet daaraan. Mag zij de minder goede exemplaren
aankoopen? Door zulks te doen wordt de slagvaardigheid
der bereden wapens geschaadmoet men aan die paarden
meer zorg, aan hunne africhting meer tijd bestedenzul
len zij minder dienst verrichten en spoediger versleten
zijn dan de alleszins geschikte paarden.
De kommissie koopt dus zulke paarden niet. Maar
dan neemt het inkompleet aan paarden elk jaar toe. En
men denkt het te kunnen aanvullen door den remonteprijs
te verhoogen. IJdele verwachting! De ondervinding heeft
bewezendat die verhoogingzoo vaak beproefdtelken
male niet aan de daarvan gekoesterde verwachting heeft
beantwoord. En het bewijs daarvoor wordt gevonden in
het overigens algemeen bekende verschijnseldat de voor
raad goede paarden geringde vraag daarnaar zeer groot
is, zoodat op de daardoor ontstane concurrentie bezwaar
lijk eenige invloed kan worden uitgeoefend door de ver
hooging van den remonteprijs met eenige tientallen van
guldens. De kommissie blijft dan ook zoodoende altijd
met dezelfde mate van concurrentie strijden. Het paard,
waarop zij een bod doet, is altijd meer waard dan het
geen zij mag besteden. En de toestand blijft daardoor
voor het leger dezelfde als vóór de verhooging van den
remonteprijs. Niet daarentegen voor het gouvernement,
dat meer betalen moet, zonder daarvoor meer of betere
paarden te krijgen. Alleen de verkoopers en vendutie
houders worden er door bevoordeeld.
Wanneer het gouvernement de hier bedoelde paarden