14
hulp snellen. De oevers van liet kanaal waren door twee
bruggen verbonden; een bij het begin der stad en een
ongeveer op een mijl afstands van daar. Het leger van
Campbell bestond uit 5000 man infanterie, 600 ruiters
en 50 stukken geschut.
In den morgen van den 6™ December opende generaal
Wyndham uit zijne versterkingen een hevig vuur op de
Sepoysom hen aan een aanval op hun linkervleugel te
doen gelooven, terwijl eene brigade onder kolonel Great-
head het midden der stad bedreigde zonder zich evenwel
ernstig iu gevecht te begeven, en het gros der regi
menten zich op den linkervleugel verzamelde. Iieeds had
bij het aanbreken van den dag Sir Hope Grant aan het
hoofd der kavalerie en der veldstukken zich naar de
verst van de stad verwijderde brug begeventerwijl bij
de eerste brug de hoofdtroepdie door het geacciden
teerde terrein haar marsch voor den vijand had kunnen
verbergenzich ontwikkelde en tot den beslissenden aan
val overging. De voorposten der Sepoys aan de andere
zijde van het kanaal werden teruggeworpen, en de brug
genomen door het 53° koninklijke regiment en een regi
ment Sikhs. De overwinnende troepen joegen de Sepoys
voor zicli uit, en namen te een uur het kamp van het
kontingent van Gwalior in bezit. De verrassing was zoo
volkomen geweestdat men iu het kamp tusschen de tenteu
stukken geschut en aangespannen caissonwagens vondter
wijl de keukens in volle werking waren. Het kontingent
van Gwalior werd bovendien bij zijn terugtocht achtervolgd
door de kavalerie en artillerie, die na een oponthouddooi
den onwil der gidsen veroorzaakt, de tweede brug ein
delijk zonder tegenstand overgetrokken waren. Toen was
de nederlaag volkomen. De Sepoyrs wierpen hun wapens
weg, om sneller te kunnen vlieden en zich in het moeras en
het kreupelhout te verbergen. De vervolging strekte zich