270 Boekit Seboenrukte de genoemde vlakte binnentrok op een hooger gelegen punt (tegenover kampong TSTagadem- bang) de Koerong Raba over, en bereikte langs een smal bergpad de verblijfplaats van Toeicoe Tjiiiik (kampong Le- boe), welke verlaten gevonden en verbrand werd. De kolonne zette daarop haren marsch voort naar de monding der rivier, van waar de vijand eene aan den rechteroever in observatie geplaatste compagnie had beschoten. Vermoedelijk bij tjjds onderricht van majoor Diepenheim' s omtrekkende beweging hadden de Atjehers de riviermonding (kampong Moesang) verlaten, toen de kolonne haar bereikte. Het bivouak werd te dier plaatse betrokken en er werd een geschikt punt gekozen voor de oprichting eenër versterking, die den over gang der rivier zou kunnen beheerschen en van waar te vens de invoer gecontroleerd zou kunnen worden. Drie compagnién van het rechterhalf 8de bataillon, onder den majoor Diepenheim, bleven voorloopig achter tot bescher ming van den bouw der sterktewelke den 23n Juli gereed kwam en betrokken werd. De overige troepen keerden met den militairen eu civielen bevelhebber op den 15U Juli naar Kotta Radja terug. De oprichting van den post Koerong Raba werd weinig of niet door den vijand bemoeielijkt, en het bleek spoedig, dat de bezetting van dit punt van veel beteekenis was. Den 24™ Juli was de verschijning eener patrouille, die bet terrein naar de zijde van Lepong verkendevoldoende om eene door den vijand bezette benting in aller ijl te doen ontruimenen toen de majoor Diepenheim zich daags daarna met een detachement naar Lebong begaf (vergezeld van het ons sinds lang bevriende hoofd dier plaats)gaf de gewapen. de bevolking geen teekenen van vijandschap. Reeds den 30n Juli vermeldde het journaal van den postkommandant te Koerong Raba, dat hij verschillende aanvragen van de bewoners der IY Moekim ontving om hun gezinnen en

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1878 | | pagina 279