280 het den volgende dag gemuntwaar een 3tal militairen gekwetst werden. De post te Klieng werd op den 22° Sep- tembeer door een detachement van liet 8ste bataillon bezet, terwijl Silang, door een weg met Lama ra verbonden, den 25" gereed kwam en toen betrokken werd door de bezet ting van den inmiddels opgeheven post te Kotta Pohama. Dien dag rapporteerde de kommandant eener sterke ver kenningspatrouille, dat hij circa 700 pas ten noord-oosten va.n Klieng was gestuit op eene zware vijandelijke benting, benoorden den weg van Blang Pandjangzoodanig in den kampongrand aangelegddat zij de geheele westwaarts van den weg gelegen sawah bestreek. Den volgenden morgen rukten drie bataillons (het 3de, 12de en 14de) van ïjadé op, langs den weg van Blang Pandjang in oostelijke richting naar Kwalla Gighen. De benoorden den weg gele gen bentingwaarvan zoo even sprake wasopende spoedig haar vuur op de kolonne, doch werd door het 12de ba taillon omgetrokkenmet het gelukkig gevolg dat de vijand, aan twee zijden bedreigd, zijne stelling, zonder haar na der te verdedigenverlietwaarop deze voorloopig door het 12de bataillon bezet werd. Het 3de en het 14de be- taillon vervolgden den marsch in noord-oostelijke richting, totdat de voorste dier afdeelingenvoor kampong Kadjoe gekomenvan verschillende zijden vuur ontving. De artil lerie wierp eenige granaten in de kampongwaarna eene omtrekkende beweging van het 3de bataillon in zuid-ooste lijke richting voldoende was om den vijandvoor afsnijding beducht, noord-oostwaarts te doen vluchten over de aangren zende sawah vlakte, waar ons vuur hem een 12 tal dooden berokkende. Het 3de bataillon staakte daarop den marsch en trok op liet gros der kolonne terug. Ook het 12de bataillon had inmiddels last bekomen zich weer bij de hoofd macht aan te sluiten; en nauwelijks had het aan dien last yoldaanof uit eene in den kampongrand gelegen benting

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1878 | | pagina 289