284 lating van eenige dooden in allerijl ontruimd was. Na wei nige dagen werden de nieuw opgerichte posten evenwel op nieuw beschotenen den 30" October moest zelfs een convooi, van Silang met een geleide van 12 gewapenden op marsch gegaan naar Pekan Koerong Tjoet, met een verlies van 1 doode en 1 gekwetste wijken voor eene ster ke vijandelijke bende die het den weg versperde. Ook de oosterlinie, van Beloel-zuid tot Pango, werd herhaaldelijk door den vijand bestookt. In het begin van November kwam het bevel over onze strijdkrachten in Atjeh in andere handenzooals reeds in het „politiek overzicht" is medegedeeld, waar ook is ge bleken dat de optreding van den generaal-majoor A. J. E. Diemont als militair en civiel bevelhebber samenviel met het begin der met zoo gunstig gevolg bekroonde opera- tiën tegen Simpang Olim, die daar uitvoerig beschreven zijn. Gedurende de eerste maanden van generaal Diemont's kommando kwam in den algemeenen toestand in Groot- Atjeh weinig verandering. Herhaaldelijk werd nog de noord oosterlinie door den vijand onveilig gemaakt en zoo wel de slechte weersgesteldheid als de zeer hooge water stand op de Atjeh-rivier bleven het onraadzaam maken, den voorgenomen tocht naar Kwalla Loh en Koerong Ryah te ondernemen. Den 25° Januari kon aan dat sinds lang beraamde plan eindelijk uitvoering gegeven worden, waartoe twee troe- penafdeelingen te Oleh-leh werden ingescheept. De eene was samengesteld uit het rechterhalf 2de bataillon, eene compagnie van het 10de bataillon, 2 mortieren en een detachement genietroepenbenevens het noodige personeel Den 22n Juli viel een detachement van 14 man, ten geleide van den officier van gezondheid J. B. A. K. Wolff, tusschen Silang en Tjadé in eene hinderlaag des vijandsde officier van gezondheid en 5 minderen werden gedood en 3 militairen gewond.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1878 | | pagina 293