21
of van moeder paar den van het vreemde rasniet van
beiden natuurlijk, om niet in het euvel te vervallen van
het veroordeelde kolonisatiestelsel.
Wat zal men evenwel aanvoerenhengsten of merriën? Om
deze vraag te beantwoorden lette men op de volgende feiten.
a. Aan elke verplaatsing van woonplaats is in meer
dere of mindere mate een akklimateeringsproces verbonden,
waartegen de merrie minder bestand is dan de hengst.
b. Het voortbrengingsvermogen van één hengst is
grooter dan dat van ééne merrie. Om nu een zeker aan
tal afstammelingen van het gekruiste ras te verkrijgen, zal
men voor hetzelfde cijfer een grooter getal merriën dan
hengsten van het edeler ras moeten aanvoeren. Voert
men nu instede van hengsten alleen merriën aandan
zullen do kostenaan dezen maatregel verbondenveel
hooger zijn.
Uit het bovenstaande blijkt dus, dat het aanbeveling
verdientde kruising te doen plaats hebben door hengsten
van het edeler ras met merriën van het inlandsche ras
te doen paren. Wanneer als derde argument daarvóór
beweerd wordtdat de hengst op het gehalte van het
veulen meer invloed uitoefent dat de merriedan moet
ik dit tegenspreken. Dat verkeerde denkbeeld vindt zijn
oorsprong in de maatschappelijke en godsdienstige instel
lingen der Oostersche volkenwaarbij aan den man de
meerderheid boven de vrouw wordt toegekend.
Bij de keuze der uitheemsche dekhengsten verdient
wel in acht te worden genomen:
1dat de hengst in ras niet veel van de inheemsche
Zie: Kasimirski. Le Koran, edition 1S73. Notice biograpliique
sur Mohamcd V. chap. II, vers. -16, 282; IV, 1238XVI59XXXYII,
149 - 153; LKXXI, 8.