380
otn een schuilplaats in Oude of in Rohilkhand te zoeken.
Op den 3eu Januari nam Campbell zonder tegenstand de
stad Farrackabad en het fort Fattygur in bezit. De vlucht
der Sepovs was zoo plotseling geweestdat men in liet
fort de artillerie-werkplaa.tsen der Compagnie en een
onmetelijken voorraad hout geheel ongeschonden terugvond
De beslissende slag had alzoo eer plaats gehad dan men
verwacht hadzoodat de korpsen van Seaton en Walpole,
die tot de inneming van Fattygur hadden moeten mede
werken, eerst na de overwinning, den 5en Januari,-bij het
hoofdkwartier aankwamen.
De gezamenlijke strijdmacht, te Fattygur aanwezig,
bedroeg thans 10,000 man, waaronder 1800 ruiters, en
was voldoende om onmiddellijk Rohilkhand binnen te ruk
ken en Bareilly te onderwerpen. Wanneer dit afgeloopen
was, dan kon men van het einde aan het goed jaargetij
de partij trekken om het gezag van de Compagnie in
de oude provinciën te herstellen, terwijl van de andere
zijde de legers van Madras en Bombay, middel-Indië aan
de handen der opstandelingen zouden kunnen ontrukken.
Alles gaf aanleiding om de hoop te koesterendat vóór
het begin van het heete jaargetijde de opstand tot het
koninkrijk Oude teruggebracht zou zijn, waartegen men
dan in den herfst kon ageeren. Deze militaire berekeningen,
die het leger de verliezen en vermoeienissen van een
zomerveldtocht zouden bespaard hebbenmoesten evenwel
zwichten voor de eischen der politiek. Lord Canning gat
uit Allahabad, waar hij den zetel van het bestuur had
overgebracht, den last, dat het gezag zonder verwijl te
Lucknow zou worden hersteld. De staatslieden waren
van meening, dat de val van de hoofdstad van Oude
onmiddellijk de onderwerping van dat koninkrijk en de
nog in opstand zijnde distrikten der noordwestelijke pro
vinciën zou tengevolge hebben, doch bedachten daarbij