28 de ontschepingsplaats dei- naar Java overgevoerde paar den; want indien de afstand tusschen beide punten nog al groot is, zouden de kenteekenen van droes zich reeds tusschen die beide plaatsen kunnen openbarenwaardoor de paarden hun traject naar het dépot niet zouden mogen vervolgen voor en aleer zij geheel hersteld zijn Aan nemende, dat de voor Java bestemde dekhengsten, die in de Preanger-regentsehappen moeten worden gestatio neerd te Batavia ontscheept wordendan zou te Tjian- djoer een hengstendépót moeten zijndat volgens den regeeringsalmanak 482 el boven de oppervlakte der zee gelegen en op 75 palen van Batavia verwijderd is. Die afstand is thans door den spoorweg naar Buitenzorg voor de paarden tot op bijna de helft verminderd, en zal bin nen enkele jaren, wanneer de spoorbaan tot Tjiandjoer gereed is, nog veel geringer zijn. Als plaats voor een hengstendépót voldoet Tjiandjoer bovendien aan al de hier boven voor de stations gestelde eisehen. Die eischen zijn voor depot's en stations natuurlijk niet verschillend. Ergoéén hengstendépót voor de Preanger-regentsehap pen, te Tjiandjoer. Zoodra de dekhengsten eenigen tijd bij het hengsten dépót doorgebracht hebben en aldaar geakklimateerd zijn, worden zij naar de verschillende stations gedirigeerd. En de vraag doet zich nu voorwaar moeten de stations worden geplaatst? Ik antwoord daarop: bij regenten en Europeesche landheerenvan wie men de stellige over- t ui ging bezit, dat zij niet alleen voor de dekhengsten de meeste zorg zullen hebbenmaar tevens het doel zooveel Zie: Staatsblad van 1853, No. 100; art. 3813S3Wetboek van strafrecht voor Europeanen; art. 383, idem voor Inlanders; art. 15, Politiereglement voor Europeanen en art. 15 idem voor Inlanders.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1878 | | pagina 39