59 't algemeen niet bevredigend te noemen. Cholera, koort sen dysenterie en diarrhee heerschten nog m meerdere of mindere mate, zoowel op Java als in de overige deelen van den archipel. De cholera evenwel nam bij het einde van 1876 af en vertoonde zich in de eerste maanden dezes jaars nog slechts sporadisch op zeer enkele plaatsen. Te Gombong kreeg de granulense oogziekte, die zich sines geruimen tijd afwisselend onder de pupillen had vertoond in de laatste helft van 1876 een ernstiger karakterwes halve in Indië de vraag in overweging is genomen, of verplaatsing van het corps naar eene gezondere streek in Midden-Java ware tot stand te brengen. Intusschen zijn om den voortgang der ziekte zooveel doenlijk te stuiten, een 80tal aan oogziekte lijdende pupillen naar Kedong Kebo in een voor hen aldaar gereed gemaakt verblijf overgebracht. Overigens werden te Gombongzoo door het desinfecteeren der gebouwen als door de invoering van een doelmatiger hoofddeksel voor de pupillen, maatregelen ge nomen om de ziekte te bestrijden. De verhouding der sterfte tot de gemiddelde sterkte des legers bedroeg in 1876: 'Voor Java en Madöera, met inbegrip der overledenen in Atjeh en Benkoelen Europeanen10.79 pCt. Afrikanen- 4.33 Inlanders8.74 Totaal8.64 Voor de Buitenbezittingen Europeanen4.69 Inlanders Totaal8-1 n Voor geheel Indië: Europeanen8.24 Afrikanen4-^4 O T>

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1878 | | pagina 70