65 over moerassige terreinen werd nocli onwil, noch ver moeidheid of vrees waargenomen. Deze aanvankelijk gun stige uitkomsten moeten voor een deel worden toegeschreven aan de tegenwoordigheid van de Syrische en Chineesche drijversdie de muildieren hadden overgebracht en de noodige aanwijzingen hebben gegeven omtrent de wijze, waarop ze behandeld moesten worden. Het schijnt, dat de uit Syrië aangevoerde muildieren handelbaarder zijn dan de Chineesche. Fortificatiën. Hierboven werd reeds medegedeeld hoe belemmerend het gebrek aan technisch personeel en arbeidskrachten bij de genie was voor de uitvoering der militaire werken. Uit dien hoofde werd, nadat in drie der strandverdedi- gingswerken te Batavia steenen munitie-magazijntjes waren opgerichtvan den bouw van dergelijke permanente maga zijnen in de overige batterijen afgezien, en bepaald dat, naargelang de plaatselijke werkkrachten zulks zouden toelatenvoor laatstgenoemde batterijen alleen de noodige houtwerken zouden worden gereed gemaakt en opgelegd om daaruit in oorlogstijd eenvoudige houten magazijntjes samen te stellen. Te Tjilatjap vorderden de werkzaam heden ten gevolge van de aangeduide oorzaken zeer lang zaam. De bewapening der kustbatterij aldaar met de uit Nederland aangevoerde 24 c. M. ARMSTRORG-kanonneu zal nog in 1877 gereed komen. Yan gemelde vuurmon den, die bij het einde van November 11. ter reede van Tjilatjap werden aangebracht, waren tot op 31 December, wegens ontstane vertraging door het breken der mede gegeven reepen, slechts een drietal gelost. Maatregelen waren genomen om de lossing der overige te bespoedigen. Intusschen maakt de verdere bevestiging der positie Tjila- 5

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1878 | | pagina 76