137 van liet geregelde leger der Kroon, en worden zij op vaste tijdstippen afgelost door uitzendingen uit Engeland. Ten opzichte van de discipline' en de algemeene organisatie wor den zij geheel door dezelfde reglementen beheerscht als de overige onderdeelen van Iiarer Majesteits leger. De in- landsche troepen worden aangevoerd door officieren, behoo- rende tot den Indischen generalen staf {Indian sta ff corps) of door officieren van het Indische leger; deze laatsten zijn de officieren, in Indië benoemd, die niet bij het staff corps zijn geplaatst. De Europeescho artillerie is eenvoudig gedetacheerd van het Iioi/al Regiment artillerie en bestaat uit veld-, rij dende en vestingartillerie. Elke batterij, tot welke dezer categoriën ook behooren- de, telt 5 officieren (1 majoor, 1 kapitein en 3 luitenants)! met het algemeen bevel en het toezicht over de artillerie, welke in divisiën, districten en garnizoenen verdeeld is, zijn een zeker aantal kolonels en luitenant-kolonels belast. Er zijn 15 batterijen rijdende artillerie11 in Bengalen, 2 in het presidentschap Madras en 2 in het president schap Bombay; elke batterij telt 157 Europeesche solda ten en 178 paarden. Do veldartillerie bestaat uit 43 batterijen: 22 in Ben galen, 11 in Madras en 10 in Bombay; deze tellen elk 157 Europeesche soldaten en 110 paarden. De vestingartillerie telt 28 batterijen: 15 in Bengalen, 7 in Madras en 6 in Bombay. Intusschen zijn twee dezer batterijen van Bengalen herschapen in bergbatterijen, waar van de kanons door muilezels gedragen worden; een dei- batterijen van Madras heeft bergartillerie welke door oli fanten gedragen wordt. Eindelijk zijn twee batterijen van Bengalen, een van Madras en een van Bombay bewapend met zware veldstukken, getrokken door ossen en olifanten. De batterijen der vestingartillerie hebben eene sterkte

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1878 | | pagina 143