141
menten hebben elk 6 troops niet een effectief van 7 Euro-
peescke officieren en 387 inlandsche soldaten.
Al de overige kavallerie van liet inlandsche leger is
onderworpen aan liet silladarstelsel, d. i. van den re
gel, dat het paard eigendom van den ruiter is.
Alle kavallerieregimenten van BengalenBombay
en van het korps op de grenzen van Punjaub bestaan uit
zes troops met 7 Europeesche officieren (1 kommandant,
1 adjudant, 3 ritmeesters en 2 ondergeschikte officieren).
Bengalen heeft 19, Bombay 7, de Punjaub 5 regimenten
die van Bengalen tellen elk 457, de overigen 493 man_
Evenals bij de overige inlandsche regimenten zijn alle man
schappen bereden.
Bij de boven opgesomde korpsen moet men nog voegen;
de lijfwacht van den gouverneur van Bombay (1 Eur.
officier en 71 man); de „guide-kavallerie,' bestaande uit 4
troopsdie elk 3 Eur. officieren en 341 inlanders tellen;
2 regimenten van Middel-Indië Central India Horse),
met een kommandant voor de twee regimenten te zamen,
G Europeesche officieren en 493 man bij elk korpseen
escadron, behoorende bjj het detachement van Deolee
en een ander bij dat van Erinpore, elk met 1 Eur. officier
en 165 inlanders; eindelijk de troop van Aden (1 Eur.
officier en 100 man). Toorts heeft men nog een korps
guides te paard voor den dienst aan de grenzen van Sind,
bestaande uit 315 man.
Uit een en ander volgt, dat de totale sterkte der Britsch-
Indische kavallerie kan worden gesteld op 4600 Euro
peanen en 18,600 inlanders.
De Engelsche infanterie detacheert 50 bataillons naar
Indië; met uitzondering van de bataillons der garde, wor
den alle korpsen op hunne beurt naar Indië gezonden.
Er zijn 32 bataillons in Bengalen, 9 in elk der beide an-
