150 verrichten betalingen, welke te zamen ruim 50 millióen guldens beloopen. Uit het voorgaande zullen onze lezers hebben ontwaard, dat Engeland in zijn Indisch leger een reusachtig en nog al samengesteld werktuig bezit. Ongetwijfeld hebben som mige deelen van dit werktuig behoefte aan hervorming maar alles te zamen genomen werkt het goed en heeft het aanspraak op den hoogsten lof. Het zou wellicht cene goede zaak zijn, indien liet Britsche oorlogsbestuur van de in het Indische leger aangenomen leiding en ad ministratie. zoo te velde als in garnizoen, nauwkeurie- kennis nam; indien het zich op de hoogte stelde van de wijze waarop men daar de troepen over groote af standen doet marcheeren, hoe men ze te velde voedt en verder van het noodige voorziet; hoe men ze over zee op groote afstanden vervoert. Wat in Indië geschiedt is niet volmaakt en is ook niet onveranderd daarbuiten te volgen, maar het is buiten twijfel dat liet Engelsche de partement van oorlog grootelijks partij zou kunnen trek ken uit eene grondige studie van het in Indië van kracht zijnde militair stelsel. Hoewelover het algemeende Britsch-Indische krijgs macht wel niet op groote schaal zal deelnemen aan eeni- gen Europeeschen oorlog, is zij wel herhaaldelijk bui tenslands gebezigdvooral zijn hare diensten uitgekomen bij de Abyssinische expeditie. Bij deze expeditie vond men de volgende inlandsche troepen: 0 O Nederland zou hetzelfde, ten opzichte van zijn Indisch legerwel- liclit ook ten harte kunnen nemen. In Indië sukkelen wij althans niet meer met geheel 'verouderde, provisioneele reglementen van ad ministratie van 1819 of daaromtent.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1878 | | pagina 156