261 oorlogsmarinezij is de grootste der niet gepantserde kruisers en heeft een inhoud van 3400 tonnen, oude maat. Haarlengte is 342 voeten; haarbreedte, op het dek gemeten, 51 voeten. Zij heeft een diepgang van ruim 25 voeten. Haar machines hebben een nominale kracht van 10000 en een werkelijke van 7500 paardenkrachten. Zij kan 635 ton kolen meevoeren en bij haar proefvaart legde zij 16 mijlen in het uur af. Zij is bewapend met twee kanonnen van 12 ton, zestien stukken van 6,5 ton en acht 64-ponders. Daar de Huascar weigerde zich over te geven, begon het gevecht, den 29e» Mei 1877, tegen drie uur en zes minuten 's namiddags. Omtrent den gang van dit gevecht meldt admiraal Horsey het volgende. „Het vuur van de Shall werd goed onderhouden, maar had toch niet de uitwerking welke wij wensohten. Men moet evenwel in aanmerking nemen, dat de Huascar slechts 3 voet boven do waterlijn uitstak en steeds recht op de Shah aanlegde, zoodat zij moeilijk te raken was. Het vuur van de Shah werd ook dikwijls op mijn last ge staakt, wanneer de Huascar zich juist tusschen ons en de stad Ylo plaatste, omdat ik vreesde dat ons vuur an ders deze plaats zou treffen. Het vuur werd ook een oogen- blik gestaakt toen wij de vlag van de Huascar zagen verdwijnen, daar onze kogels haar hijschtouw hadden stukgeschoten; maar het duurde niet lang of de vlag werd op nieuw geheschen. „De Amethyst schoot met groote juistheid; maar haar 64-ponders werkten natuurlijk niets anders uit, dan dat van tijd tot tijd het vuur van de Huascar van de Shah afgeleid werd. „Het gevecht werd nu eens met kracht doorgezet, dan weer verslapte het. De Huascar poogde nu en dan, ons kennis te doen maken met haar ram; bij zulk een lang schip

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1878 | | pagina 267