298 in de flanken en in den rug gedekt zijn en liet leger ruim voorzien is van levensmiddelen en munitie; maar der gelijke stellingen vindt men weinig, want gewoonlijk wordt den vijand geene gelegenheid gegeven om zich zoo op zijn gemak te versterken en levensmiddelen voor eene lange insluiting bijeen te brengen. Is dit het geval, dan moet gehandeld worden als in den vesting oorlog of in den strijd om verschanste legerplaatsen. Een leger, dat zoodanige stelling bezet heeft, legt een invallend leger een groote hinderpaal in den weg; de vei ligheid der bezetting hangt slechts daarvan af, of de achter - waartsche gemeenschap open kan blijven, dan wel of an dere troepen den vijand kunnen verslaan en dus tot ont zet kunnen medewerken. Het feit, dat een leger zich zonder eenige zichtbare oorzaak in Plevna laat insluitenbewijst dat dit leger niet in staat was, zich in het open veld met den vijand te nieten. De partij, die zich uitsluitend tot het defensief bepaaltzal bij slot van rekening altijd de verliezende zijn. "Y\ ij kunnen ons de vraag stellen, welke vooruitzichten wij hebbenindien wij ons lot toevertrouwen aan gebrekkig geoefende troepen, die wel in staat zijn, met hunne ach terladers 's vijands aanvallen tegen versterkte stellingen af te slaanmaar onbekwaam zijn om bij lastige terreins gesteldheid tegen een flink, goed aangevoerd leger te manoeuvreeren. Kan men wel aannemendat vrijwilligers en miliciens, al zijn zij ook nog zoo dapper, kunnen wor den belast met de verdediging van liniën tegen Duitsche generaals, die pogen zouden hen door manoeuvres uit de liniën te verdrijven? De ervaring geeft hierop een ne gatief antwoord. En wij hebben gezien, dat de Russen op onverstandige wijze de bevestigde liniën aantastten, om dat men van weerszijden geen begrip had van manoeu vreeren. Later, toen het Turksche leger verslagen was,

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1878 | | pagina 304