320 vijand als Sari Gamori had zulk een dreigement niet veel te beduiden. Er werd dus nog altijd gewacht, of men niet tot betere inzichten zou komen doch toen de toeloop van volk steeds vermeerderde en de overste ontwaarde, dat onze troepen gaandeweg werden omsingeld en er dus gevaar ont" stonddat zij, eenmaal ingesloten zijndevan alle kanten overvallen zouden worden, zou langer dralen overmoed zijn geworden en liet hij het 2e en 3e pelaton ter rechter- en linkerzijde van het le peloton en bataille komen en daar na eene voorwaartsche beweging makenten einde de vijanden op deze wijze tot terugtrekken te noodzaken. Onversaagd hieven deze echter stand houden en nauwe lijks hadden de onzen eenige passen gedaan, of zij werden met een zwerm van lansen begroet, waarvan een den kapitein Kroesen in de rechterhand trof. Doch nu werd ook de lang teruggehouden last tot vuren gegeven. Zoodra dit werd opgemerktlieten de Mass er s zich op den grond vallenom de kogels over hen heen te laten gaanof hurkten zij neer, om zich achter hunne schilden te ver bergen. Ofschoon dit niet belette, dat menigeen doode- lijk werd getroffenbracht lien zulks toch niet tot wijken voor dat de luitenant Diemont den last had ontvangen met geveld geweer tegen den vijand op te rukken en dit met zooveel energie volbracht, dat hij spoedig den weg geheel gezuiverd had. Terwijl dit op het bewuste plateau voorviel, ageerde de luitenant-ter-zee van Maurik met zijne matrozen en ma riniers tegen verschillende kleine bendenwelke zich in het kreupelhout hadden verscholen en nu de reserve kwamen bedreigen, maar ook spoedig het hazenpad kozen toen zij bemerktendat hunne hoofdmacht van de hoogte werd verdreven. Toen aan boord der oorlogschepen werd ont waard dat de tot dekking der troepen dienende landings-

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1878 | | pagina 326