327
bergte getrokkenaansporingen tot terugkeer, zoowel als het
noodeloos werpen van enkele granaten en het verbranden
van eenige verspreide ladanghuisjesbleven zonder eenig
gevolg.
Den 8cn werd naar de noordelijk gelegen kampong
Seri-Bandar opgerukt, welke echter ook door de bevolking
was verlaten. Slechts drie mannendie verklaarden aan
den opstand geen deel te hebben willen nemen, vervoeg
den zich bij den civielen gezaghebber en deelden me
de dat ook uit Boenga-Boendoer de bevolking naar
het gebergte was getrokken, met achterlating van eenige
vrouwen en eenig vee.
Nadat deze daar waren afgehaald, werd naar het
passantenhuis teruggekeerd en dien dag verder van de
opstandelingen niets vernomen, dan het in vlammen op
gaan van de kampong Seri-Bandar en het vereenigen der
opstandelingen in de nabij het gebergte gelegen ver
sterkte kampong Lian, waaruit zij nu de communicatie
met Ankola belemmerden en onveilig maakten. Instede
van hen van daar te verdrijven, vermeende de kapitein
Moltzer, Padang Sidempoeang niet langer van het groot
ste gedeelte van het garnizoen ontbloot te mogen laten;
en den Amboneeschen luitenant J. Rakarias met 25 bajo
netten tot bezetting der vallei van Si-Pirok achterlatende,
keerde hij met de overige macht naar zijne standplaats
terug. Dit geschiedde den 9en Meina te hebben bevolen,
dat de Anlrolasche hulptroepen met het door hen buit
gemaakte vee den volgenden dag zouden volgen en tot
buiten de vallei zouden begeleid worden door een gedeel
te van het detachement van den luitenant Rakarias.
Op zijnen marseh vond hij echter den uitgang der vallei
door de opstandelingen bezet, die de troepen met ge
weervuur ontvingenmaarmet achterlating van een
gesneuvelde, ook spoedig uit elkander werden gejaagd.