390
Ook dweep ik alles behalve, gelijk Avenel doet, met
eene Fransche republiek. Ik zeggelijk Proudhon„J'airne
la républiquemaïs sans les républicains. De beste
regeeringsvorm deugt slechts voor uitstekende burgers.
"V orm en inhoud moeten aan elkander beantwoorden. De
geschiedenis van de laatste tweehonderd jaren nu heeft
op nieuw de waarheid bevestigd van Vollgraf's stelling:
„Ieder volk heeft de regeering, die het verdient.Littré
moge zijne landgenooten willen verdedigen en die uitspraak
trachten te verzwakken door het lot van een volk gedeel
telijk te wijten aan het toeval en te wijzen op den loop,
dien de Fransche geschiedenis zou genomen hebben, zoo
Bonaparte een Cromwell was geweest het antwoord,
dunkt mij, luidt: „De Engelschen zouden een Bonaparte
spoedig wegjagen of onthoofden.
Ik wil echter ook niet te inschikkelijk zijn voor de
tegenpartij. Met Littré en Herbert Spencer ben ik het
volkomen eens, dat zij, die zoo luchtig heenstappen over
de millioenen slachtoffers van Napoleon's heerschzucht,
geene stoenen mogen werpen naar den dweepzieken Ro
bespierre, die slechts duizenden heeft doen slachten.
Ik meen nu genoeg gewaarschuwd te hebben tegen
Avenel. Toch durf ik hem aan te bevelen, want hij is
onderhoudend en oprecht. Zijne ongunstige getuigenissen
over enkele republikein sche of revolutionaire gebruiken
b. v. over de volksvertegenwoordigers bij de legers repré-
sentants en mission of gedeputeerden te velde, bl. 276)
hebben daarom dubbele waarde.
Hij heeft enkele uitmuntende hoofdstukken zoo als
over de Biens nationaux en La tactique des roi/ali.stes a
partir du 9 Thêrmidor.
Al is hij te ingenomen met Anacharsis Clootz en Hé-
bert, en onbillijk jegens de Dantonisten en positivisten,
loopt hij toch niet zoo hoog als Hamel met Robespierre,