419
len wij daarmede don wolf niet voor een beminnelijk
dier verklaren. Alles is in alles. Nemen wij dankbaar
de feitelijke leering aan, die ons hier op zoo nauwgezet
te en grondige wijze wordt aangeboden. Maken wij ons
haar ten nutte, zoo dit noodig mocht zijn, als een voor
behoedmiddel tegen hyperbolen en hersenschimmen van
lictor Hugo en anderen. Maar late onze blik op de
overnietigbare wet van den vooruitgang zich niet beneve
len door op zich zeiven staande feiten, die het geheel
schijnen te weerspreken en een wanklank zijn in de al-
gemeene harmonie, want geheel de geschiedenis is vol
van zulke droevige feiten.