422
Men tjreft daarin Napoleon's last aan, om voor het mili
tair onderwijs leerboeken samen te stellen: het eene voor
de militaire school te Metz, het andere voor Saint-Cyr.
Dat voor Metz is het bekende boek geworden van Car-
not, over de verdediging van vestingen.
Het programma des Keizers bevatte daaromtrent het
volgende. „Het boek moet niet alleen de verplichtingen
vermelden van den genieofficier, maar ook die van den
kommandant en den gouverneur eener vesting; het moet
aantoonen, hoe weinig men zich storen moet aan de val-
sche geruchten die de vijand kan verspreidenen het
beginsel verkondigen, dat de bevelhebber eener belegerde
plaats niets anders in aanmerking moet nemen dan de
ontvangen last, hij mag geene andere gedachte koesteren
dan zijne vesting tot de laatste minuut te verdedigen,
overeenkomstig de ordonnantiën van Lodewijk XIV en
het voorbeeld der dappere mannen."
Omtrent het boekdat hij wensehte voor de school van
Saint-Cyr, schrijft Napoleon: „Het moet vooral den na
druk leggen op de plichten van den officier, die bevelvoert
over eene afzonderlijke kolonne; wel doen uitkomen, dat
liij nimmer moet wanhopen; dat hij, ingesloten zijnde,
zich niet mag overgeven; dat er, in het open veld, voor
dappere lieden maar eene wijze van overgaaf mogelijk is,
dat is te midden van het gevecht, onder de kolfslagen
des vijands.
In zijne Gedenkschriften bespreekt Napoleon deze aan
gelegenheden nog nader. Hij stemt daarin toe, dat de
bevelhebber eener vesting de wapenen mag nederleggen
wanneer hij geene levensmiddelen meer heeft, de verdedi
gingsmiddelen uitgeput zijn en hij meer dan een storm
aanval heeft doorstaan. Doch hij voegt er bijdat er
generaals zijn, waaronder Villars, die meenen dat men
zich nimmer mag overgeven, maar veeleer op het laatste